e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spekhaak vleeshaak: vlęjshǭk (Venlo) De S-vormige haak waaraan vlees, spek enz. na het lossnijden uit het lijf worden opgehangen. [N 28, 112; monogr.] II-1
spekpannenkoek spekkoek: Syst. WBD  spekkook (Venlo, ... ), spekkoòk (Venlo) Spekpannekoek (spekbraoj?) [N 16 (1962)] III-2-3
spekraat spekraat: spɛkrǭt (Venlo) Nieuwe raat waarin veel honing zit. De normale afstand tussen de raten is 35-40 mm hart op hart. De bijen kunnen de bovenste cellenreeksen zo ver uittrekken dat de raten elkaar bijna en op enige punten zelfs geheel raken. Deze cellen zijn doorgaans ongeschikt om erin te broeden maar voor het opbergen van honing zijn ze ideaal. Volgens de informant van L 215a is deze honing wel moeilijk te slingeren. [N 63, 13g] II-6
spel spel: speul (Venlo) Spel. III-3-2
spel (alg.) spel: en speuell (Venlo), speul (Venlo, ... ) spel [GTRP (1980-1995)], [SGV (1914)] || Spel. III-3-2
speld speld: spelt (Venlo), spɛlt (Venlo) Puntig, van een kop voorzien metalen stiftje om iets in weefsel vast te steken of te bevestigen op of aan iets anders. [N 62, 50a; L 7, 20; L 14, 24; L B1, 73; R 14, 8a; MW; Wi 7; S 34; monogr.] || speld II-7, III-1-3
spelden spelden: spɛltǝ (Venlo), toespelden: tuspęldǝ (Venlo) Met spelden stukken kleding of panden aan elkaar vastspelden. [N 59, 74; L 7, 20; S 34] II-7
speldenkussen naaldenkussentje: nǭldǝkø̜skǝ (Venlo), speldenkussen: spɛltǝkøsǝ (Venlo) Kussentje waarop men de spelden en naalden steekt. De informant van Q 198 merkt op dat hij de naalden op zijn vest (kamizool) of op een stukje stof aan de muur speldde. Zie afb. 11. [N 59, 13a; N 62 68; L 45, 19; Gi 1.IV, 64; MW; monogr] II-7
spelen (alg.) spelen: speuhle (Venlo), speule (Venlo, ... ), 2. Spoelen.  speule (Venlo) 1. Spelen. || Als je klaar bent mag je gaan spelen. [DC 35 (1963)] || spelen [GTRP (1980-1995)], [SGV (1914)] || Spelen. III-3-2
speler die twee beurten heeft dam: dam (Venlo), dubbel: døͅbəl (Venlo), nog eens: nog ens (Venlo) Een speler die twee beurten heeft om het aantal gelijk temaken in bepaalde spelen [dam, dame]. [N 88 (1982)] III-3-2