e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

Gevonden: 7326
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bronstig beers: bīrs (Venlo), breustig: brøstex (Venlo) Geslachtsdrift vertonend, gezegd van het vrouwelijk varken. [N 19, 12; N C, 4d; A 43, 20a; JG 1a, 1b, 1c, 2c; S 52, add.; N 76, add.; monogr.] I-12
bronstig, van merries hengstig: heŋstex (Venlo), paards: pęrs (Venlo) Geslachtsdrift vertonend, gezegd van merries. Een hengstige merrie reageert op de aanwezigheid van de hengst met het optillen van de staart. Ze neemt herhaaldelijk een urirende houding aan, waarbij kleine hoeveelheden urine worden geloosd, terwijl de clitorisch ritmisch naar buiten wordt geperst. Bij de afwezigheid van de hengst zijn deze symptomen minder duidelijk of soms geheel afwezig. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; N 8, 42a en 44; N 8A, 2; monogr.] I-9
bronsttijd staan: stǭn (Venlo) Het antwoord op deze vraag leverde meestal adjectieven met de betekenis "bronstig" op. Deze zijn overgeheveld naar het vorige lemma. [N 8, 44] I-9
brood brood: broed (Venlo, ... ), broeïd (Venlo), broëd (Venlo, ... ), brōēed (Venlo), brud (Venlo), bruəd (Venlo), brôêt (Venlo), Verklw. bruuëdje  broeëd (Venlo), mik: mik (Venlo) brood [DC 03 (1934)], [DC 39 (1965)], [RND] III-2-3
brood netten afstrijken: āfstrīkǝ (Venlo) Het bevochtigen van de bovenzijde van deegbrood. De bedoeling van deze bewerking is om bij het bakken een mooie bruine korst te krijgen. [N 29, 40a; N 29, 30b; N 29, 39b; N 29, 40d; monogr.] II-1
brood uit de oven halen uithalen: ūthǭlǝ (Venlo) Het brood uit de oven halen wanneer het gereed is. Een bij het woord opgegeven object "brood" is niet opgenomen. [N 29, 50; N 29, 49; OB 2, 2e; monogr.] II-1
brood uit het blik of van de plaat halen uitdoen: ūtdōn (Venlo) Een eventueel opgegeven object brood, weg e.a. wordt niet gedocumenteerd. [N 29, 52] II-1
broodje broodje: bruedjes (Venlo), bruëdjes (Venlo), Syst. WBD  bruëdje (Venlo), bruëdjes (Venlo), hard broodje: Syst. WBD ~ zijn met een hard korstje gebakken.  hard bruëdje (Venlo), kadetje: kadetjes (Venlo), kedetje (Venlo), kedetjes (Venlo), Syst. WBD  kedetjes (Venlo, ... ), Syst. WBD Kadetje: broodje met bovenop in de lengte een diepe gleuf  kedetje (Venlo), krennee-tje: Syst. WBD  kerneeke (Venlo), Syst. WBD Vroeger; wordt niet meer gebruikt  kerneeke (Venlo), pistoletje: beter soort  pistoleekes (Venlo), zacht broodje: Syst. WBD Zonder korstje, dat zijn ~  zaacht bruëdje (Venlo) broodje || kadetje || verschillende soorten broodjes [N 29 (1967)] || Welke dialectbenamingen kent U voor kleine wittebroodjes? (pistolee, kadetjes, kerneeke, frans broodje, spaans broodje, krombroodje, koekestel, bestel, krol, knubbeltje [N 16 (1962)] III-2-3
broodkar broodkar: bruǝtkɛr (Venlo) Kar waarmee de bakker of bakkersknecht het brood bezorgt. Vroeger gebeurde dat rondbrengen met de hondekar, aldus de informanten van L 292 en L 377. [N 29, 99b; monogr.] II-1
broodkorst korstje: kø̜ršǝ (Venlo) De broodkorst aan de beide uiteinden van het brood. [N 29, 55; monogr.] II-1