e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
geit geit: gē̜i̯t (Venray), gē̜t (Venray), gęi̯t (Venray), sik: sek (Venray) Geit in het algemeen. Ten aanzien van germ merken enkele informanten (L 292 (Heythuysen), Q 99 (Meerssen), 111* (Ransdaal)) op dat hiermee een vrouwelijke geit wordt bedoeld. Zie afbeelding 7. [N 77, 74; L 14, 32; A 9, 20; JG 1a, 1b; Wi 7; NE I, 16; AGV, m3; Gwn 5, 13; Vld.; monogr.; S, Q 105 add.; S 10, add.] I-12
geitestal geitestal: gē̜ ̞tǝ[stal] (Venray) De ruimte in de stal waar de geiten zich bevinden. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.2). [L 38, 29; A 10, 9g; monogr.] I-6
gejoel gejoel: gejoel (Venray) gejoel [SGV (1914)] III-3-1
gek gek: gek (Venray) onverstandige, ergerlijke of gekke dingen doend of zeggend [dwaas, mal, zot, gek] [N 85 (1981)] III-1-4
gek persoon halve gare: halve gare (Venray) onverstandige, ergerlijke of gekke dingen doend of zeggend [dwaas, mal, zot, gek] [N 85 (1981)] III-1-4
gekheid maken dollen: dölle (Venray), flauwekul maken: flauwekul maake (Venray), kloten: kloeëte (Venray) gekheid maken [mallen, follen] [N 85 (1981)] III-1-4
gekkenhuis gekkenhuis: gekkehuus (Venray), gekkenhŭŭs (Venray) een instelling voor het verplegen van krankzinnigen [zothuis, gek[ken]huis, fermerie] [N 90 (1982)] III-3-1
geknield zitten op de knien zitten: op de kni-je zitte (Venray) (onder de consecratie) knielen, geknield zitten, op de knieën zitten [óp en kneije zitse?]. [N 96B (1989)] III-3-3
geknipt werk knipvoeg: knep˲vūx (Venray), knipvoegen: knep˲vūgǝ (Venray), knipwerk: knepwē̜rǝk (Venray) Wijze van voegen waarbij de voegen eerst met fijne witte specie worden volgezet en vervolgens langs de kanten met een voegijzer of mesje schuin worden afgesneden. Geknipt werk vervaardigen noemde men in L 163 'knippen' ('knepǝ') of 'snijden' ('snejǝ'), in K 353 'bovenop voegen' ('bōvǝnup ˲vugǝ'). [N 32, 34d; N 32, 35a; N 32, 35c; monogr.] II-9
geknotte wilg knotwilg: knotwilleg (Venray), wilgenpoest: wilgepoest(e) (Venray) de knotwilg (boom van het geslacht Salix) [DC 13 (1945)] III-4-3