e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nadeel nadeel: nŏadeejl (Venray), schade: schaai (Venray, ... ) het nadeel dat voor iemand uit een gebeurtenis of handeling voortvloeit [schade, schaai, scha, nadeel] [N 85 (1981)] || nadeel [SGV (1914)] III-1-4
nageboorte nageboorte: naogebòrte (Venray) menselijke nageboorte [N 10C (zj)] III-2-2
nageboorte van de koe bocht: boxt (Venray) [N 3A, 57a; JG 1a, 1b; A 33, 19b; monogr.] I-11
nagel nagel: nagel (Venray, ... ), ná:gəl (Venray) nagel [DC 01 (1931)] III-1-1
nagelijzer klinknagelijzer: kleŋknāgǝlīzǝr (Venray) Stuk ijzer met ronde en vierkante gaten van verschillende afmetingen, waarin men de pinnen van de nagels plaatst om er een kop aan te slaan. Het nagelijzer wordt ook gebruikt voor het vormen van de koppen aan klinknagels. Zie ook afb. 217. Koperen klinknagels werden vroeger volgens de zegsman uit L 210 gedraaid uit koperen plaat en vervolgens door het ɛklinknagelijzerɛ geslagen, waardoor er een kop op kwam. In L 329 werd het van verschillende ronde, vierkante en platte gaten van verschillende afmetingen voorziene nagelijzer boven het schroodgat van het aambeeld gelegd. De klinknagel werd vervolgens in één van deze gaten geplaatst. Door met een hamer op de voorgestuikte kop van de klinknagel te slaan nam deze de vorm aan van het betreffende gat. De kop werd afgewerkt met een ɛdopperɛ Zie ook de toelichting bij het lemma ɛdopperɛ.' [N 33, 292; N 33, 332; N 66, 19] II-11
nagisten nagisten: nǭgestǝ (Venray) Gezegd van bier. De nagisting ondergaan in legervaten, legerkuipen of legertanks. Het woordtype "lageren" (L 290, L 325, P 120, Q 32, Q 95, Q 101) kan zowel overgankelijk als onovergankelijk worden gebruikt. Gezien de formulering van vraag N 35, 80: "Hoe noemt u het eigenlijke nagisten? Het bier moet ..." zijn bovengenoemde opgaven in dit lemma opgenomen. Zie ook het lemma ''legeren''. Het woordtype "nastoten" (Q 20) wordt gebruikt wanneer het bier tijdens de nagisting nog tamelijk hevig gist (Claessen, pag. 2. 45). Volgens de invuller uit P 180 bleef het bier tot zes maanden liggen. [N 35, 80; monogr.] II-2
nagras, tweede hooioogst nahooi: nǫhø̜i̯ (Venray) De opbrengst van de tweede maal dat er gehooid wordt, doorgaans eind augustus; zie de algemene toelichting bij deze paragraaf (''nagras''). [N 14, 128b, JG 1a, 1b en 2b; A 4, 26a; A GV, 2Gr.; L B2, 345; L 5, 8; L 14, 15; Gwn 7, 10; Wi 58; S 25; monogr.] I-3
najaarshoning herfsthoning: hɛrfsthoneŋ (Venray) Soort honing die uit de nectar van najaarsbloesem, vooral heidebloesem, is bereid. [N 63, 112a; monogr.] II-6
najaarskatje toemaatkatje: Veldeke 1979 nr. 1  toementkatje (Venray) Hoe noemt u een in het najaar geboren katje (assiedelleke, toementkatje, tommerkat) [N 83 (1981)] III-2-1
natte sneeuw sneeuwwater: ps. begrip: hetw. stofnaam (hetw. = hetwoord - zelfst. nw. te vervangen door het pers. vnw. "het").  sneejwater (Venray), watersneeuw: water sneej (Venray) sneeuwwater || verschillende soorten sneeuw [spuwsneeuw, watersneeuw] [N 81 (1980)] III-4-4