e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roedegaten asgaten: asgaten (Venray) De twee gaten in de askop waarin de roeden worden bevestigd. Zie ook afb. 45. [N O, 10c; A 42A, 75] II-3
roedewiggen zijspieën/-spijen: zijspieën/-spijen (Venray) De houten wiggen waarmee de roeden vooraan of opzij in de askop worden vastgezet. [N O, 3a; A 42A, 76] II-3
roeien roeien: roeie (Venray), roeje (Venray) door middel van roeiriemen een vaartuig voortbewegen [roeien, riemen] [N 90 (1982)] III-3-1
roeispaan roeispaan: de roeispaon (Venray), roejspoan (Venray) het gereedschap om een vaartuig voort te roeien [riem, roeiriem, roeispaan, spaan] [N 90 (1982)] III-3-1
roek roek: roek (Venray, ... ), rōēk (Venray, ... ), corvus frugilegus  roēk (Venray), schurftebek: schurftebek (Venray), zaadzak: zaodzak (Venray), zotsak (Venray) Hoe heet de roek? [DC 06 (1938)] || roek || roek (46 bekende vogel; zwart met paarsige glans; kale rand boven aan de snavel; broedt in kolonies; leeft in troepen; roep [kao-kao-kao], [waaak] [N 09 (1961)] III-4-1
roekoeën koerken: koerekke (Venray) Hoe noemt men het geluid dat de duiven maken - de/het ....... bijv. de duiven zijn aan het ......... [N 93 (1983)] III-3-2
roep bij verstoppertje spelen piepmuis: piēp moēs (Venray) Een uitdrukking wanneer men zelf of iemand anders te voorschijn komt. III-3-2
roep- en lokwoord voor de gans wiele, wiele: wilǝ, wilǝ (Venray) Naast het roepen van namen kan men de ganzen ook lokken door met de tong te klakken of te fluiten. [VC 14, 2p -r-; L 47, 9d; A 6, 6] I-12
roep- en lokwoord voor de kalkoen koen, koene: kun, kunǝ (Venray), poele, poele: pulǝ, pulǝ (Venray) Men kan de kalkoen roepen door het geluid van hen na te bootsen. Omdat ze vaak grootgebracht worden samen met de kippen, worden ze ook wel (L 191 (Afferden), 245b (Tienray), Q 2 (Hasselt), 192 (Margraten), 195 Sint-Geertruid)) gelokt met roepwoorden voor kippen. Een andere mogelijkheid tot lokken is dat men fluit of een bepaald keelgeluid (L 360 (Bree)) maakt. [L 47, 9C; A 6, 4] I-12
roep- en lokwoord voor de kip kip, kip: kip, kip (Venray), tuut, tuut: tyt, tyt (Venray), tuut, tuut, tuut: tyt, tyt, tyt (Venray), tȳt, tȳt, tȳt (Venray) Naast de verschillende roepwoorden kan men de kippen ook lokken door een zuigend klappend geluid te maken met de tong tegen de tanden (P 176 (Sint-Truiden)) of door te fluiten (Q 2 (Hasselt)). [N 19, 44a; L 47, 9a; A 6, 2b; A 6, 2a; VC 14, 2n -r-; Vld.; L B2, 259a; monogr.] I-12