e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
waterketel, moor marmiet: mármiet (Venray), moor: muər (Venray), ge mòt aeges wieëte hoe of òwwe moeër zingt: men is zelf verantwoordelijk voor zijn doen en laten  moeër (Venray) oude koperen waterketel die met een smalle rand in het vuur zakt || waterketel III-2-1
waterleiding waterleiding: waterleiding (Venray) het stelsel van buizen waardoor drinkwater naar huizen geleid wordt [lei] [N 90 (1982)] III-3-1
waterloot waterscheut: WLD  waterscheut (Venray), wilde scheut: Veldeke 1979, nr. 1  wilde scheut (Venray) Een tak die ontstaat op de stam (dief, waterlot). [N 82 (1981)] III-4-3
watermunt pepermunt: paepermunt (Venray) pepermunt III-4-3
waterpas wasserwaage: wasǝrwāgǝ (Venray), waterpas: wātǝrpas (Venray), zuiver waterpas: zyvǝr wātǝrpas (Venray) Gezegd van een muur wanneer deze tijdens de controle met de loodplank of het waterpas een horizontale stand vertoont. Wanneer een muur 'niet' waterpas was, werd in Q 121 gezegd: 'de muur is uit de waag' ('dǝ m ̇ūr e ̞s˱ ūs˱ dǝ wǫax'). [N 31, 10e; N 31, 10c; monogr.] || Instrument om te onderzoeken of iets horizontaal ligt of overal even hoog is. Het bestaat uit een houten of metalen lat waarin een glazen buis is aangebracht die zodanig met een vloeistof is gevuld dat er een luchtbel in overblijft. Wanneer de luchtbel zich binnen de op het glazen buisje aangebrachte merktekens bevindt, ligt het te meten voorwerp waterpas. Het glazen buisje werd in L 270 'waterpasglaasje' ('wātǝrpas˲glē̜skǝ') en in Q 121 'waterwaagglaasje' ('wasǝrwǫaxjlęǝsjǝ') genoemd. In Q 19 kende men ook een waterpas waarmee men horizontaal een meetpunt over een grotere afstand kon overbrengen. Men gebruikte dan een waterpas die aan een koord kon worden gehangen. Was het touw goed strak gespannen, dan kon men op dit licht waterpasje, bestaande uit een waterpasglas met luchtbel en een koperen omhulsel met twee oogjes of haakjes om het geheel aan een touw te hangen zien of een muur horizontaal was of met behulp van dit instrumentje iets zuiver waterpas uitzetten. Men noemde dit werktuig het 'waterpasje' ('wātǝrp'skǝ'). [N 30, 12a; monogr.; N 30, 12b add.] II-9
waterplant moerplant: moērplânt (Venray) moerasplant III-4-3
waterpokken pokken: pokke (Venray), waterpokken: waterpokke (Venray) Waterpokken: besmettelijke ziekte waarbij rode vlekjes op de huid ontstaan die in blaartjes overgaan (windpokken, wijnpokken, respok). [N 84 (1981)] III-1-2
waterpomp pomp: pomp (Venray) De pomp die men gebruikt om in de beslag-kuip water op het mout te brengen. Uit de antwoorden van de invullers blijkt dat de pomp ook voor andere doeleinden wordt gehanteerd. Zie daarom ook de lemmata ''wortpomp'' en ''bierpomp''. [N 35, 35a; monogr.] II-2
waterput boorput: boorput (Venray), put: pøt (Venray, ... ), welput: welput (Venray) [DC 21 (1952)] [DC 21 (1952)] [RND 10] [Roukens 03 (1937)] [SGV (1914)] [Willems (1885)] I-7
watersnip watersnep: watersnep (Venray) watersnip (27 lange recht bek; vliegt plotseling op van de waterkant; zigzagvliegend; houdt hoge stijg- en daalvluchten en maakt daarbij mekkerend geluid; jachtvogel [N 09 (1961)] III-4-1