e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L244a plaats=Veulen

Overzicht

Gevonden: 970
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
middagmaal middag, de -: we hebbe de middeg al òp  middeg (Veulen), middageten: middeg-aete (Veulen) het eten smiddags || warm middageten III-2-3
miltkuilen miltkuilen: (enk)  meltkul (Veulen) Holten in het lijf van een niet fraai gebouwde koe. [N 3A, 146; monogr.] I-11
moed courage (fr.): koeraas(j) (Veulen), moed: moēd (Veulen) durf, moed, lef || moed, lef III-1-4
moederloos lam lep: lɛp (Veulen) Moederloos of door de moeder verstoten lam. [N 77, 25; L 20, 22d; A 4, 22d] I-12
moederplant (saxifraga stolonifera meerb.) moederplant: moērplânt (Veulen) moederplant III-2-1
moeite moeite: moejt (Veulen) moeite, bekommernis III-1-4
moer moer: moeər (Veulen), moēr (Veulen) konijn, vrouwtje [DC 04 (1936)] III-2-1
moeten moeten: mòtte (Veulen) moeten III-1-4
mokken pruilen: proele (Veulen) pruilen, zeuren III-1-4
mooi mooi: moj (Veulen), pront: proont (Veulen) mooi || netjes, keurig, sympathiek uitziend III-1-4