e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vijlen

Overzicht

Gevonden: 2749
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de tafel dekken dekken: dikke (Vijlen) tafel dekken; Hoe noemt U: De tafel dekken (rechten dekken) [N 80 (1980)] III-2-1
de was blauwen (de) was blauwen: de wesch blui-je (Vijlen) blauwen [de wasch ~ ] [SGV (1914)] III-2-1
de was bleken bleken: bleke (Vijlen) het bleken van wasgoed in de zon op een grasveld [DC 15 (1947)] III-2-1
de was invochten invochten: ivuchte (Vijlen) het vochtig maken van strijkgoed [DC 28 (1956)] III-2-1
de was spoelen spoelen: sjpeule (Vijlen) spoelen [SGV (1914)] III-2-1
de zeug naar de beer brengen drijven: drīvǝ (Vijlen) De zeug laten dekken door de beer, het mannelijk varken. [N 19, 30; JG 1a, 1b, 2c; N 76, add.; monogr.] I-12
de zondag inluiden voor de zondag luiden: t lōēwd vur dur zoondich (Vijlen) Het luiden van de klokken op zaterdagavond na het angelus [zondag luiden, de zondag inluiden?]. [N 96A (1989)] III-3-3
deeg deeg: deeg (Vijlen) deeg [SGV (1914)] III-2-3
deeg kneden kneden: knē (Vijlen) Bepaalde grondstoffen t.w. bloem, gist, zout, vocht vormen het deeg. Eventueel worden er nog andere toevoegingen bijgevoegd. Dit deeg gaat men kneden om een massa te verkrijgen waarin de verschillende grondstoffen in de juiste verhouding zo volkomen en gelijkmatig mogelijk dooreengemengd zijn (Schoep blz. 90-91). Naast "kneden met de hand" komt voor "kneden met de voeten" of kneden met de deegmachine". De informant van L 428 merkt op dat "mengelen" het mengen der diverse ingrediënten inhoudt en het eigenlijk kneden ''knē̜jǝ'' is. In dit lemma wordt het object "deeg" niet fonetisch gedocumenteerd. Bij documentatie zou de meest voorkomende variant dęjx zijn geweest. Daarnaast zouden er nog varianten voorkomen als dēx, dē.x, dējx, dē̜k, dē.jx, tī.x, dījx, dix, dīx en di.x.' [N 29, 20b; N 6, 47; S 18; L 1a-m: monogr.; L 22, 41] II-1
degelijk grndlich (du.): grŭndlich (Vijlen) grondig [SGV (1914)] III-1-4