33522 |
peulen, doppen (ww.) |
peulen:
puələ (Q080p Vliermaal, ...
Q080p Vliermaal)
|
[Goossens 1b (1960)] [N Q (1966)]
I-7
|
33569 |
peulerwten |
schaalerwten:
šōͅəlēͅ.ərtə (Q080p Vliermaal),
voor bet de schaal te eten:
vərbeͅdəšōͅl tieͅ.tə (Q080p Vliermaal)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|
20662 |
peulvruchten afhalen |
ranken afdoen:
ranken afdoen
reͅŋ o:fdon (Q080p Vliermaal)
|
erwten of bonen afhalen, van draden ontdoen [N Q (1966)]
III-2-3
|
20815 |
peulvruchten doppen |
peulen:
pellen
puələ (Q080p Vliermaal)
|
erwten of bonen doppen, ontpeulen [N Q (1966)]
III-2-3
|
25420 |
pezen |
pezen:
pęǝzǝ (Q080p Vliermaal)
|
[N 28, 63; Veldeke 15, 22; monogr.]
II-1
|
17992 |
pijnscheut |
kramp:
kramp (Q080p Vliermaal)
|
Sterke kriebeling of trekking door pijn veroorzaken (morren, scheut, steek, kramp). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
17794 |
pijpenkrul |
krul:
krol (Q080p Vliermaal)
|
Pijpenkrul. Spiraalvormige haarkrul [pijpenkrul, pijpenlok, papillote] [N 114 (2002)]
III-1-1
|
33055 |
pikbinder |
zichtmachine:
zī.x[machine] (Q080p Vliermaal)
|
Machine die niet alleen maait, maar het koren ook tot schoven samenbindt. Zie afbeelding 6. Voor de fonetische documentatie van het woorddeel [machine] zie het lemma ''maaimachine'' (3.2.18) in aflevering I.3. Kaart 36 is een woordkaart gebaseerd op het materiaal uit dit lemma; kaart 37 is een betekeniskaart, gebaseerd op het materiaal uit dit lemma èn het lemma ''graanmaaimachine'' (4.5.2) en toont waar men met de termen zicht- en pikmachine ofwel de enkelvoudige maaimachine ofwel de combinatiemachine, pikbinder, aanduidt.' [N J, 4a; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
33033 |
pikkeling, zwad met een slag afgepikt |
inhouw:
enhǫu̯ (Q080p Vliermaal)
|
Hoeveelheid graan die men met één slag afpikt; vergelijk het lemma ''zwad, houw'' (3.1.4) in aflevering I.3. De enqu√™tes van Goossens hebben voor dit begrip niet veel opgaven opgeleverd; de vraag uit N 15, 16 levert slechts indirect materiaal op voor het begrip "pikkeling". Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf.' [A 23, 16.1a; L 48, 34.1a; Lu 1, 16.1a; Lu 2, 34.1a; monogr.; add. uit N 15, 16e; JG 1a, 1b, 1c, 2c]
I-4
|
17670 |
pink |
pink:
pink (Q080p Vliermaal)
|
Pink, de vijfde, kleinste vinger (pink (pinkel, pinker), kleine vinger). [N 106 (2001)]
III-1-1
|