17581 |
haarwrong |
knoef:
knoef (Q080p Vliermaal)
|
Haarwrong van een vrouw (knot, dot, wrong, kuif). [N 109 (2001)]
III-1-1
|
22348 |
haasje-over |
bokjespringen:
/
bokskespringen (Q080p Vliermaal)
|
haasje-over [SND (2006)]
III-3-2
|
18994 |
haastig |
gepresseerd:
gepressie’rd (Q080p Vliermaal),
haastig:
hestig (Q080p Vliermaal)
|
Grooten haast hebben [ZND 26 (1937)] || haastig [ZND 26 (1937)]
III-1-4
|
25144 |
hagelen |
hagelen:
het hagelt
t hōͅgəlt (Q080p Vliermaal)
|
fijne hagel [sjrot, schrot] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25145 |
hagelsteen, hagelkorrel |
hagelsteen:
hagelsteen
hōͅgəlsten (Q080p Vliermaal)
|
hagelsteen, hagelkorrel [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25245 |
hagelsteen, hagelkorrel (mv.) |
hagelsteen:
haogelstijn (Q080p Vliermaal)
|
hagelsteen, zo dik als ... [ZND 26 (1937)]
III-4-4
|
27379 |
hak |
krebber:
krɛbǝr (Q080p Vliermaal)
|
Werktuig om de grond los te hakken, spade met een gekromd blad. Het gereedschap had een algemeen doel en diende, behalve om te wieden, ook voor andere doeleiden, zoals het schrapen (van strooisel of mest), het egaliseren van te diep uitgereden karresporen, het aanhogen van aardappelen (vergelijk het lemma Aanaardhak), enz. Deze nevendoeleinden zijn hier en daar in de benamingen terug te vinden. [N 11, 88; N 12, 45; N 15, 4 en 6a; N 18, 37, 40 en 41; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 42, 40; monogr.]
I-5
|
18180 |
hak van een schoen |
vers:
de vast (Q080p Vliermaal)
|
hak van een schoen [pollevie, plevie, hiel] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
32878 |
hak van het blad van de zeis |
vars:
vā.s (Q080p Vliermaal)
|
Het brede uiteinde van het blad van de zeis, aan de zijde van de arend. Zie afbeelding 5, nummer 2. Sommige opgaven hebben betrekking niet alleen op het puntige uiteinde van de snede aan de zijde van de arend, maar op de gehele brede zijde van het blad, doorlopend tot de rug. Van een dergelijke toevoeging is sprake bij: vars 113, 115, 117, 118a, 172, 173, 176a, 179, 182, 219, 177, 186, 223, Q 73, 157a, 160, 161, 164, 166, 240; voet: L 324. [N 18, 68b; JG 1a, 1b; monogr.]
I-3
|
25455 |
hakbak |
kapbak:
kabak (Q080p Vliermaal)
|
De ladevormige houten bak met open voorzijde waarin het vlees fijngekapt wordt. [N 28, 114]
II-1
|