e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q171p plaats=Vlijtingen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nestverlater vlug: vlech (Vlijtingen), vleg (Vlijtingen) jonge vogel in staat uit te vliegen [ZND 36 (1941)] || op het punt staan om het nest te verlaten, gezegd van jonge volgels (vlug) [N 83 (1981)] III-4-1
nicht nicht: nich (Vlijtingen), nĭĕch (Vlijtingen) nicht [ZND 11 (1925)] || nicht; de kinderen van een oom of tante [ZND 11 (1925)] III-2-2
niet drachtig muntig: mē.ntǝx (Vlijtingen) [JG 1a, 1b; Gwn V, 4; monogr.] I-11
niet gedijen treuren: ± WLD  triere (Vlijtingen) Niet goed groeien, gezegd van planten (niet tieren, niet aarden). [N 82 (1981)] III-4-3
niet passen niet mikken: nej mikke (Vlijtingen) niet passen, gezegd van kledingstukken [pronsen, bolderen] [N 86 (1981)] III-1-3
niet zindelijk in zijn broekje doen: in ze briekske duue (Vlijtingen) onzindelijk; de aandrang der natuurlijke behoeften niet beheersend; onzindelijk, gezegd van kinderen [N 86 (1981)] III-2-2
nieuws nieuws: nuits (Vlijtingen) een bericht over iets dat nog onbekend was [nets, nieuws] [N 85 (1981)] III-3-1
nieuwsgierigaard gaper: goaper (Vlijtingen) iemand die alles nieuwsgierig bekijkt [gaper] [N 85 (1981)] III-1-4
nors onbeschoft: onbesjufd (Vlijtingen) onvriendelijk, stuurs, nors, bars [aling, strak, grenniog, stom, bars, stuurs, nors, zuur] [N 87 (1981)] III-3-1
noten afslaan noten afhouwen: nweuten oafhawen (Vlijtingen), slaan: ± WLD = slaan  slweu (Vlijtingen) noten afslaan [ZND 36 (1941)] || Noten afslaan (boeken, beuken slaan, rammelen, sloesteren). [N 82 (1981)] III-2-3