18543 |
gestreepte broek |
strepen boks:
Van Dale: II. strepen (bn.), <gew.> van gestreepte stof: een strepen rok.
sjtriepe boks (L386p Vlodrop)
|
broek, gestreepte ~ van jacquet of kort zwart pak [striepkesboks] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
22404 |
getalzijde van een geldstuk |
munt:
munt (L386p Vlodrop)
|
De getalzijde van een geldstuk [letter, oppers, munt]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
18828 |
getob; tobben |
zorgen maken:
zorge maakke (L386p Vlodrop)
|
het getob om iets gedaan te krijgen [gevil, vilderij, plagerij, gesukkel] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20315 |
getrouwde vrouw |
huisvrouw:
hôêsfraow (L386p Vlodrop)
|
getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND]
III-2-2
|
20369 |
getuige |
getuige:
getuuge (L386p Vlodrop),
tuige:
tuug (L386p Vlodrop)
|
de getuige bij het huwelijk [tsuuch] [N 96D (1989)] || iemand die voor de rechter een verklaring aflegt over te bewijzen feiten [toon, getuige] [N 90 (1982)]
III-2-2, III-3-1
|
20388 |
getuige zijn |
tuigen:
tuuge (L386p Vlodrop)
|
getuige zijn bij een huwelijk [getuigen zijn, bronken] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
21321 |
getuigen |
verklaren:
[overgeheveld van lm. getuigenis, geen begrip getuigen in N 90, RK]
verklaore (L386p Vlodrop)
|
de verklaring die men als getuige aflegt over een persoon of een zaak [toon, getuige, getuigenis] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23899 |
gevallen engelen |
gevallen engelen:
gevalle ingele (L386p Vlodrop)
|
De gevallen engelen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
21322 |
gevangenis |
bajes:
Van Dale: bajes (<Hebr.) (oorspr. dievent.) gevangenis.
bajes (L386p Vlodrop)
|
de gevangenis [cachot, nor, partoet, speentje, grawoel, ren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
17790 |
gevoelig (zijn) |
gevoelig:
geveulig (L386p Vlodrop)
|
Gevoelig: vatbaar voor, reagerend op gewaarwordingen bijv. pijn (gevoelig). [N 84 (1981)]
III-1-1
|