e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vlodrop

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nieuwsgierigaard nieuwsgierignaas: nuusjerignaas (Vlodrop) iemand die alles nieuwsgierig bekijkt [gaper] [N 85 (1981)] III-1-4
niezen niesten: neeste (Vlodrop) niezen [niese, nieste] [N 10a (1961)] III-1-2
noemen noemen: numme (Vlodrop) noemen, een naam geven [DC 03 (1934)] III-2-2
noodbed, kermisbed paljas: paljas (Vlodrop) Bed dat in tijd van nood op de grond wordt opgemaakt (kermisbed, paljas, paljas parterre) [N 79 (1979)] III-2-1
nooddoop nooddoop: nooddoup (Vlodrop) Een nooddoop, gadoop, geedoop [jieëdoof]. [N 96D (1989)] III-3-3
nors onvriendelijk: onvruntellig (Vlodrop) onvriendelijk, stuurs, nors, bars [aling, strak, grenniog, stom, bars, stuurs, nors, zuur] [N 87 (1981)] III-3-1
noten afslaan noten slaan: ideosyncr.  neut sjlaon (Vlodrop) Noten afslaan (boeken, beuken slaan, rammelen, sloesteren). [N 82 (1981)] III-2-3
notenboom notenboom: -  notebou:m (Vlodrop) okkernoot [DC 17 (1949)] I-7
notendop schaal: ideosyncr.  sjaal (Vlodrop) De harde huid van een noot (bast, bolster, sloester, schaal, hulster, boost, bluster, boets, schulp, schelp, snoester). [N 82 (1981)] I-7
notulen verslag: versjlaag (Vlodrop) het korte schriftelijke verslag van hetgeen behandeld is in een vergadering [notulen, nouten] [N 90 (1982)] III-3-1