e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vlodrop

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
torenhaan t hantje van dn taore?].: toorehaan (Vlodrop) De haanvormige windwijzer boven op de torenspits [weerhaan, windhaan [N 96A (1989)] III-3-3
torenspits torenspits: tooresjpits (Vlodrop) De spits van de kerktoren; deze is meestal met leien bedekt. [N 96A (1989)] III-3-3
torenuurwerk kerkklok: kirkklok (Vlodrop) Het uurwerk in de kerktoren, de torenklok [kerkklok, kerkuur?]. [N 96A (1989)] III-3-3
traag traag: troag (Vlodrop) niet snel reagerend; langzaam in het handelen [traag, lui] [N 85 (1981)] III-1-4
traag praten zemelen: zemelle (Vlodrop) traag praten [lijzen, zemelen] [N 87 (1981)] III-3-1
trage vrouw lui wijf: luij wief (Vlodrop) een domme trage vrouw [sarut, sara] [N 85 (1981)] III-1-4
traktatie bij het plaatsen van de mei drinkgeld: drinkgeld (Vlodrop) De tractatie bij het plaatsen van die tak of vlag. [N 88 (1982)] III-3-2
traktatie van de bruidegom (kwansel) stoetsen: sjtoetse (Vlodrop) De tractatie van de bruidegom aan de jongelingen in zijn buurt [kwansel]. [N 88 (1982)] III-3-2
traktatie van jonggehuwden vlaaizingen?: flaazinge (Vlodrop) De tractatie van jonggehuwden aan de buurt [lepik, dourt, hertlooi]. [N 88 (1982)] III-3-2
tranende ogen zijpogen: ziep auge (Vlodrop) oog: tranende ogen [sijp-, siep-, sijper-, seeper-, soep-, leep-, prutooge] [N 10 (1961)] III-1-1