e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Voerendaal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verhuizen verhuizen: verhōēze (Voerendaal) Van woning veranderen (verhuizen, overhuizen, overtrekken) [N 79 (1979)] III-2-1
verkeren caresseren (<fr.): (oud).  karessere (Voerendaal), vrijen: vrĭeje (Voerendaal) verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] III-3-1
verkering vrijage: vrĭejazje (Voerendaal) verkering; regelmatige omgang met een persoon van het andere geslacht [sjans, verkeer, aanspraak] [N 87 (1981)] III-2-2
verkering hebben caresseren: (oud).  karessere (Voerendaal), vrijen: vrīi̯ə (Voerendaal), vrĭeje (Voerendaal) verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] || vrijen [DC 38 (1964)] III-2-2
verkleumd stijf: sjtief va kouw (Voerendaal) verstijfd van kou [verkild] [N 10 (1961)] III-1-2
verkoudheid snop: ich höb der sjnop (Voerendaal), ix həp dər šnop (Voerendaal, ... ), ix həp dər šnop tə pakkə (Voerendaal) Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? B.v. Ik ben ~ [DC 27 (1955)] III-1-2
verlegen beschaamd: besjeemt (Voerendaal), bleu: bleui (Voerendaal), bluuë (Voerendaal), bluúé (Voerendaal) verlegen [schoow, sjou, bluuj, besjeemt] [N 06 (1960)] III-1-4
verlegen (zijn) bleu zijn: bluë zieë (Voerendaal) niet flink of zelfbewust zijn, zich niet goed durven uiten in het bijzijn van anderen [teutelen, verlegen zijn] [N 85 (1981)] III-1-4
verliezen verliezen: vərlīzə (Voerendaal, ... ) verliezen [DC 38 (1964)] III-3-1, III-3-2
vermaak spa (du.): sjpas (Voerendaal) een handeling waardoor men plezier beleeft [vermaak, amusement] [N 85 (1981)] III-1-4