e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Voort

Overzicht

Gevonden: 1571
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
italiaan italiaan: e toonloos  Itajaen (Voort) Dat is een Italiaan. [ZND 36 (1941)] III-3-1
jak kazavek: kasevek (Voort), paletot (fr.): palto (Voort) jak [ZND 01 (1922)] || jak (kort vrouwenkledingstuk) [ZND 27 (1938)] III-1-3
jaloers jaloers: ook materiaal znd 27, 44  zjaloes (Voort) jaloers [ZND 01 (1922)] III-1-4
jas: algemeen jas: op de lange a van vader telkens een bolletje, ook op de korte van jas; op de doffe e van moeder een lachend mondje, ook op de o van koe; onder de o van haar een bolletje  hēͅ eͅs vāər zeͅnə jas en mūər hør geltm vāər z⁄n koͅi en vāər zeͅnən hont (Voort), paletot (fr.): palto, 2 paltos (Voort) jas [ZND 08 (1925)] || Jas. Hier is vader zn jas en moeder haar geld... [ZND 44 (1946)] III-1-3
jeugd, jongelieden jong, de -: joen (Voort) jeugd, dat is goed voor de jeugd (de jonge lieden) [ZND 36 (1941)] III-2-2
jeuken jeukselen: jyksələ (Voort) jeuken [ZND 01 (1922)] III-1-2
jicht jicht: je:ch (Voort) jicht [ZND 01 (1922)] III-1-2
jong (bijv.nw.) jong: znd 1 a-m; znd 27, 46;  jonk (Voort), jŏĕnk (Voort) jong; het kind is nog jong [ZND 27 (1938)] III-2-2
jong (bn.) jong: znd 1 a-m; znd 27, 46;  jonk (Voort), jŏĕnk (Voort) jong; het kind is nog jong [ZND 01 (1922)] III-2-2
jong dat pas kan vliegen vlug: vløk (Voort) Vlug jong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2