e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vreren

Overzicht

Gevonden: 388
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
knorrepot hatelijke kerel: wao enne haotelike kjal (Vreren) Wat een gemelijke kerel (altijd misnoegd, knorrig). [ZND 24 (1937)] III-1-4
knuppel, knots stok: knuppel = deugniet van een jongen  stɛk (Vreren) knuppel [RND] III-1-2
koe koe: (Vreren) Volwassen vrouwelijk rund, in de regel een rund dat één of meerdere keren gekalfd heeft. Zie afbeelding 5. Op de kaart is het woordtype koe niet opgenomen. [JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 11; Gwn V, 2a; L 1a-m; L 4, 37; L 5, 27b; L 7, 61b; L 14, 26 en 88; L 20, 11; L 27, 5 en 57; L 29, 44; L 38, 44; L 40, 21b; L 44, 16, 21a en 39; R 12, 29; R (s] I-11
koffie caf: kaffee (Vreren) (koffie) hij doopt zijn brood in zijn koffie [ZND 23 (1937)] III-2-3
koken (intr.) koken: kôêkə (Vreren) koken [RND] III-2-3
komen komen: kōmən (Vreren) komen [RND] III-1-2
koning koning: køniŋ (Vreren) koning [RND] III-3-1
kookkachel, fornuis cuisinière (fr.): kwezenīr (Vreren) de vierkante kookkachel, met twee of vier ovens van voren [ZND 23 (1937)] III-2-1
koorts koorts: kots (Vreren) koorts [RND] III-1-2
kortademig dempetig: dempetich (Vreren) hij is dempig (kan moeilijk ademen) [ZND 23 (1937)] III-1-2