e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vroenhoven

Overzicht

Gevonden: 1550
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drachtige merrie vol: vǫ.l (Vroenhoven) De merrie "behoudt", als men na een drietal weken zekerheid heeft dat ze drachtig is; bij een miskraam "verwerpt" ze. [JG 1a, 1b; N 8, 50a] I-9
draden of randen van peulvruchten vamen: vø͂ͅ.m (Vroenhoven) [Goossens 1b (1960)] I-7
dragen dragen: draoge (Vroenhoven), droage (Vroenhoven), drōge (Vroenhoven) dragen [ZND 25 (1937)] III-1-2
draven draven: drǭvǝ (Vroenhoven) In draf gaan, een actieve twee-tempogang, waarbij een diagonaal benenpaar gelijkmatig wordt opgeheven en weer neergezet, bijv. eerst linkervoorbeen en rechterachterbeen, daarna beide andere benen, met daartussen een zweefmoment. Zie afbeelding 9. [JG 1b; N 8, 81b en 81d] I-9
dreef dreef: dreef (Vroenhoven), drèèf (Vroenhoven) een lange dreef [ZND 23 (1937)] III-3-1
driftig giftig: giftig (Vroenhoven), kwaad: kut (Vroenhoven) driftig [ZND 23 (1937)] III-1-4
drijftol kokkerel: koekerel (Vroenhoven), kukəreͅl (Vroenhoven) Drijftol (speeltuig door middel van een zweep door kinderen gedreven). [ZND 16 (1934)] III-3-2
dringen stoten: stutə (Vroenhoven) niet dringen ! [ZND 33 (1940)] III-1-2
drinkglas glas: glōͅ.s (Vroenhoven), pint: pē.nt (Vroenhoven) drinkglas [RND] III-2-1
droesem braddel: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  braddel (Vroenhoven), onderste: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  oͅndərstə (Vroenhoven) droesem [ZND 23 (1937)] III-2-3