| 22056 |
grote duiventeek |
teek:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
tiêk (L214p Wanssum)
|
Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: grote duiveteek of mijtteek: zuigen bloed s nachts bij broedende vogels. Larven als rode speldeknoppen onder de vleugels en in de hals. [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 25060 |
grote hoeveelheid, hoop |
berg:
bērg (L214p Wanssum),
berm:
bērm (L214p Wanssum),
klomp:
ps. boven de ó moet nog een lengteteken staan; deze combinatieletter is niet te maken!
klómp (L214p Wanssum),
macht:
Ien de bèèk zÅØte (zote) visse mit de macht: in de beek zaten zeer veel vissen.
macht (L214p Wanssum)
|
grote hoeveelheid || hoop, ongeordende stapel || vormloze massa
III-4-4
|
| 22504 |
grote knikker |
bikkel:
De stuiters waren van porcelein, van steen, of van gebakken klei.
bikkel (L214p Wanssum)
|
Dikke stuiter.
III-3-2
|
| 22141 |
grote mand met diverse onderverdelingen |
vakkenmand:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
én vakkemand (L214p Wanssum)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: een grote mand met diverse hokjes, om het inkorven gemakkelijk te maken? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22015 |
grote mand met twee verdiepingen |
dubbeldekker:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
ennen dobbeldékker (L214p Wanssum)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: een grote mand met twee verdiepingen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22143 |
grote mand waarin de duiven per trein of vrachtwagen vervoerd worden |
reismand:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook bijlagevellen met (eventuele) aanvullingen en diverse toelichtingen.
reismand (L214p Wanssum)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: de grote manden waarin de duiven per trein of vrachtwagen vervoerd worden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 19502 |
grote schoonmaak |
schoonmaak:
de schònmaak is gedaan (L214p Wanssum),
schònmaak (L214p Wanssum),
wej zien án de schònmaak (L214p Wanssum)
|
de schonmaak is achter de rug [DC 15 (1947)] || het schoonmaken van het gehele huis, dat in het voorjaar plaats heeft [DC 15 (1947)] || wij zijn aan het schoonmaken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 24640 |
grote waterweegbree |
mierik:
cf Heukels sub lepelblad
mierk (L214p Wanssum)
|
lepelbladsoort
III-4-3
|
| 18541 |
gulp van een broek |
gulp:
gö:lp (L214p Wanssum)
|
gulp
III-1-3
|
| 25142 |
guur, kil en schraal weer |
schuiverig (weer):
schuverig (L214p Wanssum),
zuur (weer):
zoeër (L214p Wanssum)
|
guur, kil
III-4-4
|