e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117a plaats=Waubach

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ratel van witte donderdag klabatter: klabatter (Waubach), ratel: ratel (Waubach) De ratel die van Witte Donderdag tot aan de zaterdag vóór Pasen in plaats van de altaarschel tijdens de mis wordt gebruikt. [N 96C (1989)] III-3-3
rauw rauw: rauw (Waubach) rauw; Hoe noemt U: Rauw, niet gekookt (groen, rauw) [N 80 (1980)] III-2-3
ravotten ringelen: riengele (Waubach) Voor de grap met elkaar worstelen, ravotten, gezegd van kinderen [riepen, riepzakken, raggen, balkuinen, stoeien]. [N 88 (1982)] III-3-2
razen en tieren schelden: sjelle (Waubach) luidruchtig uiting geven aan woede [razen, tieren, tekeergaan, tobben] [N 85 (1981)] III-1-4
razend van woede razentig: roazetig (Waubach) razend van woede, zeer woedend [dol, dul] [N 85 (1981)] III-1-4
recht vooruitstoten met de armen stoten: sjtōēte (Waubach) stoten: met de armen recht vooruit stoten [stuike] [N 10 (1961)] III-1-2
rechterachterkwartier rechterhinderste: rɛxtǝrheŋǝštǝ (Waubach) Het kwartier van de uier rechts achter. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116d] I-11
rechterkant van het paard van de manse kant: van dǝr mansǝ kaŋk (Waubach  [(de kant weg van de voerman)]  ) Tegenovergestelde kant van de plaats waar de voerman gaat. [N 8, 9 en 10] I-9
rechtervoorkwartier rechtervoorste: rɛxtǝrvȳštǝ (Waubach) Het kwartier van de uier rechts voor. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116c] I-11
rechtop rechtop: rechòp (Waubach) rechtopstaand, recht omhoog staand [fiks] [N 91 (1982)] III-4-4