34071 |
vetkoe |
vetkoe:
vɛt[koe] (Q117a Waubach)
|
Koe die niet meer geschikt is voor de produktie en daarom voor de slacht wordt gemest. Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 77a; monogr.]
I-11
|
34274 |
vetmesten |
masten:
mastǝ (Q117a Waubach),
vetmesten:
vɛtmɛstǝ (Q117a Waubach)
|
Vee vetmesten, in het bijzonder gezegd van stiertjes, kalveren en vaarzen. [N 38, 26; N 3A, 75a, 75b, 75c, 76 en 77a; monogr.]
I-11
|
33665 |
vetweide |
vetwei:
vɛtwej (Q117a Waubach)
|
Speciale, meestal afgemaakte wei waar men koeien laat grazen die niet meer geschikt zijn voor de productie en die als slachtvee bestemd zijn. [N 3A, 77b; N 3A, 77c; N 6, 33b; JG 1a, 1d; L 19B, 2aI; L 32, 45; RND 20; S 43; monogr.]
I-8
|
33756 |
veulen |
veulen:
vȳǝlǝ (Q117a Waubach)
|
Jong paard, gewoonlijk tot de leeftijd van twee en een half jaar. [JG 1a, 1b; A 4, 2d; L 20, 2d; L A1, 262; N 8, 1; Gwn 5, 10; RND 107; S 40; Wi 4; monogr.]
I-9
|
24057 |
viaticum |
laatste communie (<lat.):
letste kommunie (Q117a Waubach)
|
De H. Communie als teerspijs voor een stervende, viaticum. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
22832 |
vieren |
vieren:
chəvi.ərt (Q117a Waubach),
ouder
chevi.ə (Q117a Waubach)
|
gevierd [RND]
III-3-2
|
20574 |
vieruursboterham |
caf-drinken, het -:
kaffeedrinke (Q117a Waubach),
koffiedrinken, het -:
’t koffedrinke (Q117a Waubach)
|
de maaltijd met brood rond 4 uur [N 07 (1961)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: 16 uur [ZND 18G (1935)]
III-2-3
|
23762 |
vigilie |
vigilie (<lat.):
vigilie (Q117a Waubach)
|
De avond vóór een kerkelijke feestdag [vigilie, heiligavond]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
21537 |
vijf centiem |
knabje:
knepke (Q117a Waubach)
|
een muntstuk van vijf centimes (in België) [solleke, knepke, halve sol] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
23739 |
vijf wonden van christus |
vijf wonden:
de viêf wung (Q117a Waubach),
vieëf wong (Q117a Waubach)
|
De vijf wonden, de kruiswonden van Christus [de vunnef wónde?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|