25116 |
bui, regenbui |
schuil:
ing sjōēël (Q117a Waubach),
sjoel (Q117a Waubach, ...
Q117a Waubach),
schuiltje:
sjuulke (Q117a Waubach)
|
bui || buitje || regenbui, korte periode van regen [frontbui, gurze, schoer] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
17634 |
buik |
buik:
boek (Q117a Waubach),
buk (Q117a Waubach),
pens:
panš (Q117a Waubach)
|
buik (lijf) [DC 01 (1931)] || Zie afbeelding 2.33. [JG 1a, 1b; N 8, 14 en 41]
I-9, III-1-1
|
17635 |
buik (spotnamen) |
darmen:
derm (Q117a Waubach),
pens:
pansj (Q117a Waubach)
|
buik: spotbenamingen [N 10 (1961)]
III-1-1
|
18095 |
buikpijn |
buikpijn:
boekpieng (Q117a Waubach, ...
Q117a Waubach),
boeëkpieng (Q117a Waubach),
de buik doet me pijn:
boek deet mig pieng (Q117a Waubach),
pijn in gelijf:
pieng i gelief (Q117a Waubach)
|
buikpijn [DC 27 (1955)] || ik heb pijn in mijn buik of de buik doet mij zeer [DC 01 (1931)]
III-1-2
|
18139 |
buil op het hoofd |
bult:
bult (Q117a Waubach)
|
buil op het hoofd [buts, buil] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
28041 |
buis |
roor:
rø̄ǝr (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Zolder])
|
Algemene benaming voor een onderdeel van buisleidingen voor het transport van water, lucht, perslucht enz. [N 95, 784; Vwo 802; Vwo 203]
II-5
|
21766 |
buitendorpse |
vreemde:
vreeëme in gen dörrep (Q117a Waubach)
|
Noem het (dialect)woord voor: mensen die niet in hetzelfde dorp wonen als u? [vreemde] [N 102 (1998)]
III-3-1
|
20455 |
buitenechtelijk kind |
onecht kind:
ònech kink (Q117a Waubach),
voorkind:
vuërkink (Q117a Waubach)
|
een niet uit een wettelijk huwelijk geboren kind, buitenechtelijk kind [bastaard, speelkind, voorloper, voorkind] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
22875 |
buitenspel |
abseits (du.):
Karte 167.
apseͅ.jts, apsa.jts} (Abseits) (Q117a Waubach),
buitenspel:
Karte 167.
buitenspel (Q117a Waubach),
off-seits:
offseits (Q117a Waubach)
|
Abseits. || Buitenspel. [DC 49 (1974)]
III-3-2
|
22878 |
buitenspeler |
links-/rechtsbuiten:
linksbōēte (Q117a Waubach)
|
Links- rechtsvoor. [DC 49 (1974)]
III-3-2
|