33442 |
zoldergat, opening in de koestalzolder |
hooilok:
[hooi]lō̜k (Q117a Waubach)
|
In de koestalzolder is meestal een opening waardoor het hooi naar beneden geworpen wordt om het aan de dieren te voeren. Waar de koestalzolder in open verbinding staat met de schuur is er meestal geen opening in de zoldering. Een aantal opgaven betreffen een luik of een scharnierende deur waarmee de opening afgesloten kan worden. De benamingen kunnen ook gebezigd worden voor een opening in de gevel of in het dak waardoor het hooi op de zolder wordt gebracht. Zie ook het lemma "hooivenster" (3.4.5). Zie voor de fonetische documentatie van het woord(deel) (hooi) het lemma "hooi" in aflevering I.3. Zie ook afbeelding 16.c bij het lemma "hooizolder, koestalzolder, schuur" (3.4.1). [N 5A, 56b; N 5, 97 en 97a; L 42, 24 passim; monogr.; add. uit N 5A, 57c]
I-6
|
18636 |
zomerkapmanteltje |
pelerine (<fr.):
pelderien (Q117a Waubach)
|
kapmanteltje voor de zomer met een ovaalvormig voor- en achterpand [pelderien] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18675 |
zomerkleren |
zomerkleren:
zoemerklijjer (Q117a Waubach),
zoeëmerklijjer (Q117a Waubach, ...
Q117a Waubach)
|
zomerkleren [N 23 (1964)] || Zomerkleren. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
23765 |
zon- en feestdagen |
zon- en feestdagen:
zon- en fesdaag (Q117a Waubach)
|
Zon- en feestdagen (ledige dagen) . [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23933 |
zondag |
zondag:
dr zóndig (Q117a Waubach),
zondig (Q117a Waubach)
|
De zondag, dag des Heren. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23934 |
zondag houden |
zondag houden:
zondig houwe (Q117a Waubach)
|
De zondag houden/vieren/eerbiedigen/heiligen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23534 |
zondagmissaal |
missaal:
missaal (Q117a Waubach)
|
Een kerkboek met misgebeden voor de zondagen en feesten van het kerkelijk jaar [zondagsmissaal(tje)?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
18670 |
zondagse kleren |
`s zondagse kleren:
sondige klijjer (Q117a Waubach),
zondagskleren:
zondesklijjer (Q117a Waubach),
zondigsklijjer (Q117a Waubach)
|
De kleren die men s zondags draagt. [DC 62 (1987)] || zondagse kleren [t sondagsdinge] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
23339 |
zonde |
zonde:
zung (Q117a Waubach, ...
Q117a Waubach)
|
Een zonde [zund, zung]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
18890 |
zonder opzet |
ane bezei:
oane bezei (Q117a Waubach)
|
zonder opzet, zonder bedoeling [buiten besouw] [N 85 (1981)]
III-1-4
|