19785 |
de was invochten |
besprinkelen:
besprinkele (L289p Weert),
invochten:
invochte (L289p Weert, ...
L289p Weert,
L289p Weert)
|
het vochtig maken van strijkgoed [DC 28 (1956)]
III-2-1
|
19440 |
de was mangelen |
mangelen:
ma.ŋələ (L289p Weert)
|
mangelen
III-2-1
|
19437 |
de was spoelen |
spoelen:
speule (L289p Weert, ...
L289p Weert),
zanden:
za⁄nde (L289p Weert)
|
spoelen [SGV (1914)] || Zeep verwijderen uit kledingstukken door ze heen en weer te bewegen in een vloeistof (spoelen, plodderen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
19643 |
de was stijfselen |
stijven:
stieve (L289p Weert, ...
L289p Weert)
|
Wat is bij u de uitdrukking voor \'het linnen stijven\'? (stijven, stijselen) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
19438 |
de was wringen |
uitspoelen:
oetspeule (L289p Weert),
wringen:
wringe (L289p Weert)
|
Het water uit wasgoed drijven (wringen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
34344 |
de zeug naar de beer brengen |
beren:
bīrǝ (L289p Weert)
|
De zeug laten dekken door de beer, het mannelijk varken. [N 19, 30; JG 1a, 1b, 2c; N 76, add.; monogr.]
I-12
|
23470 |
de zondag inluiden |
de zondag inluiden:
de zondeg wuundj ingeloedj (L289p Weert),
zoondig inlowe (L289p Weert)
|
Het luiden van de klokken op zaterdagavond na het angelus [zondag luiden, de zondag inluiden?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
28993 |
de zoom afspelden |
afspelden:
āfspɛlǝ (L289p Weert)
|
De zoom geheel met spelden bezetten. [N 62, 13b; N 62, 13a; MW]
II-7
|
28992 |
de zoom aftekenen |
aftekenen:
āftęjkǝnǝ (L289p Weert)
|
Met krijt of een rokkenspuit de zoomlijn aftekenen op een te maken kledingstuk. [N 62, 13a; N 62, 13b]
II-7
|
25312 |
decimeter, maat van 10 cm |
palm:
pallem (L289p Weert)
|
de maat die een lengte van 10 cm aangeeft, 1/10 deel van een meter [sol, palm, decimeter] [N 91 (1982)]
III-4-4
|