e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Weert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
marialied marialiedje: marialidje (Weert), marialitje (Weert) Een Marialied. [N 96B (1989)] III-3-3
mariascapulier mariascapulier: mariaschabbeleer (Weert), scapulier van onze-lieve-vrouw: schabbeleer van slevrouw (Weert) Een Maria-scapulier (Marias livrei?). [N 96B (1989)] III-3-3
markt markt: ma.rətš (Weert), mɛ.rətš (Weert) markt [RND] III-3-1
marktkraam kraam: kroam (Weert) een tent, een stalletje op de markt waarin de goederen tentoongesteld zijn [kraam, schob] [N 89 (1982)] III-3-1
marmer marmel: marmel (Weert), marmer: marmere bīēldj (Weert), marremer (Weert), mààrmer (Weert) marmer [SGV (1914)] || marmer, dicht, fijnkorrelig kalkgesteente dat geschikt is om te bewerken en te polijsten, in bouw- en beeldhouwkunst als grondstof gebruikt [marbel, melber] [N 81 (1980)] || marmeren beeld [ZND 21 (1936)] III-4-4
marmeren beeld beeld: e marmere bīēltj (Weert), en maarmere bīēltj (Weert), en marmere biejlt (Weert), marmere bīēldj (Weert, ... ), u marmere bie.ltj (Weert), u marmere bieltj (Weert), ömarmere bīēldj (Weert) Een marmeren beeld. [ZND 21 (1936)] || Marmeren beeld. [N 06 (1960)] III-3-2
marmiet, koperen ketel marmiet: marmi.t (Weert) koperen ketel III-2-1
mars (wbd) mars: mars (Weert) de mand die een kramer op zijn rug heeft [mars, hot, holfrits] [N 89 (1982)] III-3-1
marter fluwijn: fluwien (Weert), WLD  flewien (Weert, ... ) Hoe noemt u een soort marter, tot 48cm lang, met een staart tot 26cm. Het is een slank roofdier met donkerbruine pels en witte borstvlek die tot de binnenzijde van de voorpoten doorloopt (fluwijn) [N 83 (1981)] || Hoe noemt u het slanke roofdiertje, geelbruin tot donkerbruin, met lange dekharen. De kop is spits met grote oorschelpen, het lichaam is lang en lenig. Het heeft een lange staart en korte poten; marter (fluwijn) [N 83 (1981)] || marter [SGV (1914)] III-4-2
masker mombakkes: mombakkes (Weert), mommebakkes: mommebakkes (Weert) Een masker (dat op vastenavond gedragen wordt). [ZND 31 (1939)] || Een min of meer naar de vorm van het gezicht gemaakte bedekking die dient om dit onherkenbaar te maken of er een bepaalde gedaante aan te geven [mombakkes, mommegezicht, bambakkes, masker]. [N 88 (1982)] III-3-2