23725 |
nabidden |
antwoorden:
antwoerde (L289p Weert),
nabeden:
naobaeje (L289p Weert),
noabaeje (L289p Weert)
|
Nabidden, d.w.z. antwoorden bij het bidden, de tweede helft van een gebed bidden. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21816 |
nabootsen |
nadoen:
noadoon (L289p Weert)
|
iemands stemgeluid imiteren [nabootsen, papegaaien] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
21843 |
nachtbraken |
doorhouden:
doeerhoajje (L289p Weert),
nachtbraken:
nachbraave (L289p Weert)
|
tot diep in de nacht uitgaan, nachtbraken [zwabberen] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
24213 |
nachtegaal |
nachtegaal:
nachtegaal (L289p Weert, ...
L289p Weert),
spaanse pappeguut:
spaanse pappeguût (L289p Weert)
|
nachtegaal [SGV (1914)] || nachtegaal (16,5 bekend; kleine bruine vogel met rossige staart; vrij zeldzame zomervogel; verborgen levend; beroemd om de zang [N 09 (1961)] || nachtegaal, verbasterde
III-4-1
|
18609 |
nachthemd |
nachthemd:
nachthumme (L289p Weert, ...
L289p Weert,
L289p Weert)
|
nachthemd [N 25 (1964)]
III-1-3
|
18608 |
nachtjapon |
nachtpon:
nachtpon (L289p Weert, ...
L289p Weert,
L289p Weert),
nachtpón (L289p Weert)
|
nachtjapon || nachtjapon [nachtpon, bedjak, nachtjak, jak] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
19796 |
nachtkastje |
nachttafeltje:
naxtø͂ͅfəlkə (L289p Weert)
|
nachtkastje
III-2-1
|
18607 |
nachtkleren |
nachtpon:
nachtpon (L289p Weert),
slaapgerei:
slaopgerei (L289p Weert),
slaapspullen:
slaopspulle (L289p Weert)
|
nachtkleding in het algemeen [t naachtdinge] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
23772 |
nachtmis |
nachtmis:
nachtmès (L289p Weert, ...
L289p Weert)
|
De mis die snachts wordt gedaan, nachtmis. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
18660 |
nachtpak |
hansop:
Van Dale: hansop, 2) wijd kledingstuk, gelijkende op de kleding der hansworsten, soort van overall, m.n. als nachtgewaad voor kinderen. vgl. WNT hanssop -hansop. 4) Bij overdracht. Naam voor een kleedingstuk (als nachtgewaad voor kinderen nog in gebruik), gelijkende op het gewaad van den hanssop, en bestaande uit lijf en broek met lange pijpen aan één stuk.
hansop (L289p Weert, ...
L289p Weert,
L289p Weert)
|
nachtpak, overall-achtig ~ met een klep aan de achterkant [hansop] [N 25 (1964)]
III-1-3
|