e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Weert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stola stola (lat.): stola (Weert), stool (<lat.): stoeel (Weert), stool (Weert), WNT: stool. Ontl. aan kerklat. stola.  stoeël (Weert) De stola, de stool. [N 96B (1989)] || stola, lange brede damessjaal van dunne stof of van bont [N 23 (1964)] III-1-3, III-3-3
stollen stollen: stolle (Weert) stollen [SGV (1914)] III-4-4
stolp kaasstolp: kiesstölp (Weert), stolp: stollep (Weert), stolp (Weert) kaasstolp [N 20 (zj)] || stolp [SGV (1914)] III-2-1
stolp over een heiligenbeeld stolp: stollep (Weert), stulp (Weert) Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
stomdronken poepzat: poepzaat (Weert, ... ), strontzat: stroontzaat (Weert), zat zijn als een zwitser: zat zijn als een zwitser (Weert) dronken [N 10 (1961)] || stomdronken || zeer zat zijn III-2-3
stomp staan afstompen: āfstompǝ (Weert) Stomp afwerken van de onderzijde van de raat of raten door de bijen. Deze afstomping wijst erop, dat het bouwen voor het seizoen geëindigd is. Het is een zeker teken van zwermplannen van het volk. [N 63, 16d; N 63, 16c] II-6
stompe eind van een ei ronde kant: ronde kent (Weert) Het stompe eind van het ei bij het eieren tikken. [N 88 (1982)] III-3-2
stomverbaasd paf: paf (Weert), paf stoan (Weert) verbaasd, bevreemd, verwonderd zijn [toezien, staan zien] [N 85 (1981)] || zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)] III-1-4
stoof, voetenverwarmer lolstoof: loͅl.stuəf (Weert) voetstoof III-2-1
stoof, voetenwarmer stoof: stoof (Weert) stoof [SGV (1914)] III-2-1