e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Weert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
versnijding versnijding: vǝrsnijeŋ (Weert) Elk van de trapsgewijze versmallingen in het metselwerk van een fundament. [N 31, 2a; monogr.] II-9
verstand geest: geist (Weert), verstand: versta‧nd (Weert), verstânt (Weert) het vermogen goed, helder te denken [verstand, bewijs, bewoud, vernuft] [N 85 (1981)] || verstand III-1-4
verstandig goed bij: good bi-j zeen (Weert), slim: slu‧m (Weert), verstandig: verstendjig (Weert), verständjig (Weert) een goed verstand hebben; zijn verstand goed gebruikend [bezouwig, redelijk, radelijk] [N 85 (1981)] || verstandig III-1-4
verstandskies oogtand: ouchtà:nt (Weert), tand van verstand: tant van verstant (Weert), verstandskies: verstandskies (Weert) verstandskies (oogtand, baktand) [DC 01 (1931)] III-1-1
verstekhaak verstekhaak: vǝrstękhǭk (Weert), vǝrstɛkhǭk (Weert, ... ), verstekhoek: vǝrstɛkhōk (Weert) Een winkelhaak waarvan de benen onderling een hoek van 450 vormen. De verstekhaak wordt gebruikt om versteklijnen af te tekenen en om te controleren op haaksheid. Zie ook afb. 104 en het lemma ɛverstekhaakɛ in Wld II.9, pag. 10-11 en Wld II.11, pag. 57.' [N 53, 188; N E, 18a; monogr.] || Haak waarvan de armen een hoek van 450 vormen. De verstekhaak wordt gebruikt om hoeken van 450 af te tekenen. Zie ook het lemma "verstekhaak" in Wld II.9, pag. 10-11 en afb. 77. [N 33, 318e] || Haak waarvan de armen een hoek van 450 vormen. Zie ook afb. 3. [N 30, 13b; monogr.] II-11, II-12, II-9
verstelbare moersleutel engelse sleutel: eŋǝlsǝ slȳtǝl (Weert), tandsleutel: tantslȳtǝl (Weert) sǝl Q 116; verstelbare sleutel: vǝrštɛlbrǝ šløsǝl Q 121b; ijzeren sleuter: ęjzǝrǝ slø̜jtǝr P 176b; %%B de volgende opgaven betreffen het oudere type Engelse sleutel -- vergelijk afbeelding 199a-d%% engelse sleutel: e' [N 33, 300a; N 33, 300d; N 64, 78b; monogr.] II-11
verstellen uitstukken: ūtstø̜kǝ (Weert) Een lap op de scheur in het kledingstuk naaien of het verstellen of oplappen. [N 62, 43a; N 62, 21b; Gi 1.IV, 50; S 36; MW] II-7
verstevigingsspijlen reutelstekken: rø̄tǝlstɛkǝ (Weert) Spijlen die door de korf worden gestoken ter versteviging en ondersteuning van de ratenbouw. Enkele stroringen onder de kop steekt de imker een stuk of drie spijlen loodrecht op de kopspijlen en een stuk lager weer een drietal, terwijl enkele ringen boven de onderkant nog eens een paar spijlen komen. De spijlen zijn doorgaans van sporkehout of de vuilboom gemaakt maar er zijn er ook van wilge-, esse-, populiere-, beuke- en notehout. [N 63, 6b; N 63, 5e; N 63, 6c; Ge 37,14] II-6
verstoppertje spelen bergemuisje doen: bergemuuske doon (Weert), Ook: stok doon.  ber`gemuuske [doon} (Weert), Sub stok doon.  bergemuuske doon (Weert), bergemuisje spelen: Bergemuuske spelen heet elders: verstekenspelen, piepmuuske spelen, enz.  bergemuuske spelen (Weert), stok doen: stok doon (Weert, ... ), ook: bergemuuske doon  stok doon (Weert), Ook: bergemuuske doon.  stok doon (Weert), Sub ber`gemuuske.  stok doon (Weert) / [SND (2006)] || Bergemuuske spelen heet elders: verstekenspelen, piepmuuske spelen, enz. || Het spel waarbij alle personen zich verstoppen, behalve één die alle anderen moet zoeken; bij het doel (bijv. een boom) kunnen de verstopten zich afmelden (op dit spel bestaan vele varianten, misschien kunt u die ook vermelden: de naam en hoe het gespeeld [N 88 (1982)] || Lievelingsspel 2. [SND (2006)] || verstoppertje spelen [SND (2006)] || Verstoppertje spelen. III-3-2
verstuiken verstuiken: verstøke (Weert), verstøktj (Weert) verstuiken [SGV (1914)] || verstuikt [SGV (1914)] III-1-2