21683 |
wbd: in trek |
duur verkocht:
ps. omgespeld volgens Frings.
dīr vərkōu̯x (Q078p Wellen),
goed gaan:
ps. omgespeld volgens Frings.
gut gōͅn (Q078p Wellen)
|
Goed in de markt liggend, een goede prijs opbrengend [willig, b.v. de eieren zijn willig deze maand?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21662 |
wbd: katten |
afvangen:
ps. omgespeld volgens Frings.
ōͅfaŋə (Q078p Wellen)
|
katten: Wat zegt men wanneer de koper de verkoper met zijn waar laat zitten, niet afhaalt wat hij gekocht heeft [katten? hij heeft gekat?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21679 |
wbd: kwaadgeld = kwaadgeld |
drinkgeld:
ps. omgespeld volgens Frings.
dreͅinkxeͅlt (Q078p Wellen)
|
kwaadgeld: Als men vindt dat iemand teveel vraagt, zegt men: "hoeveel ...... is daarbij"[kwaad-geld?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21677 |
wbd: staartgeld / verschil |
verschil:
ps. omgespeld volgens Frings.
vərsxil (Q078p Wellen)
|
verschil: Vraagt men aanvankelijk teveel geld voor wat men wil verkopen, dan moet men tenslotte vaak genoegen nemen met minder dan men eerst kon krijgen; hoe noemt men in zulk geval het verschil tussen wat men eerst kon krijgen en wat men tenslotte werkel [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21663 |
wbd: verkopen voor |
kunnen hebben:
ps. omgespeld volgens Frings.
... kuj sə həmə (Q078p Wellen),
laten:
ps. omgespeld volgens Frings.
luətə (Q078p Wellen)
|
verlaten, Zegt men bij u: ik wil die geit voor zoveel geld wel ~ = voor die prijs wil ik ze wel verkopen [soelieje?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
22860 |
weddenschap |
weddingschap:
widiŋschup (Q078p Wellen)
|
weddenschap [RND]
III-3-2
|
20435 |
weduwe |
weef:
weef (Q078p Wellen)
|
weduwe [ZND 08 (1925)]
III-2-2
|
20451 |
weduwnaar |
wevenaar:
weveneer (Q078p Wellen)
|
weduwnaar [ZND 08 (1925)]
III-2-2
|
18275 |
weefsel, stof |
stof:
stauwf (Q078p Wellen),
stouf (Q078p Wellen)
|
de stof (het goed) [ZND 07 (1924)] || Hoe noemt U: stof in het algemeen [N 62 (1973)]
III-1-3
|
25579 |
weegtoestel |
balans:
balans (Q078p Wellen),
bascule:
baskøl (Q078p Wellen)
|
Weegtoestel waarmee de gevulde zakken gewogen kunnen worden. Vroeger gebeurde dit met een balans, maar die werd al snel vervangen door de bascule omdat laatstgenoemde het voordeel had dat ze als tegengewicht slechts eentiende van de te wegen massa nodig had. Bij de balans daarentegen moesten de twee lasten gelijk zijn. [Coe 258; Coe 259; Coe 260; Grof 284; Grof 285]
II-3
|