e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellerlooi

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nek nek: nek (Wellerlooi) nek [DC 01 (1931)] III-1-1
nemen, pakken nemen: neme (Wellerlooi), pakken: pakke (Wellerlooi) nemen [SGV (1914)] || pakken [SGV (1914)] III-1-2
nest nest: nêst (Wellerlooi), nêste (Wellerlooi) nest [SGV (1914)] || nesten (mv.) [SGV (1914)] III-4-1
nestei nestei: nēstęi̯ (Wellerlooi) Een nestei is het ei dat men bij het wegnemen van de eieren van de kippen in het nest laat liggen, opdat er andere bij gelegd worden. Soms gebruikt men een ei van kalk, porcelein of gips, soms een vuil ei. [S 25; monogr.] I-12
netmaag netmaag: nɛtmāx (Wellerlooi) De tweede maag van de koe, de langwerpige maag. [N 28, 81; A 9, 11b] I-11
neus neus: neus (Wellerlooi, ... ) neus [DC 01 (1931)], [SGV (1914)] III-1-1
neusvleugel neusvleugel: neusvleugel (Wellerlooi) neusvleugel [DC 01 (1931)] III-1-1
nicht nicht: neegt (Wellerlooi) nicht; Bestaan er verschillende woorden voor de verschillende soorten van nichten (kinderen van ooms en tantes, kinderen van broers en zusters, achternichten?) [DC 05 (1937)] III-2-2
niet drachtig gust: gøst (Wellerlooi) [JG 1a, 1b; Gwn V, 4; monogr.] I-11
nieuwe maan duistere maan: dŭŭstere moan (Wellerlooi) maan [donkere ~] [SGV (1914)] III-4-4