e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wellerlooi

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roven stelen: stę̄lǝ (Wellerlooi) Het nemen van honing door bijen bij andere volken. Bepaalde bijen zijn roofziek van aard en zij proberen honing te bemachtigen overal waar ze die kunnen aantreffen. De aangevallenen proberen de woning wel te verdedigen maar lang niet altijd lukt dat. Overwinnen de rovers, dan wordt heel de korf of kast leeggedragen. Roven kan leiden tot veldslagen tussen bijenvolken, waarbij niet veel bijen overleven. [N 63, 67a; N 63, 67b; Ge 37, 95] II-6
royaal gul: gŭl (Wellerlooi), royaal (<fr.): rejaal (Wellerlooi) gul [SGV (1914)] || royaal [DC 02 (1932)] III-3-1
rozenbottel timpelteer: timpeltär (Wellerlooi) rozenbottel [SGV (1914)] III-4-3
rug rug: rug (Wellerlooi), rŭg (Wellerlooi) rug [DC 01 (1931)], [SGV (1914)] III-1-1
ruin ruin: ryn (Wellerlooi) Gecastreerde hengst. Als de veulens één à twee jaar zijn en de ballen voldoende gezakt en zichtbaar in de balzak zijn, worden zij gecastreerd. Een hengst van drie tot vijf jaar die om de een of andere reden op deze leeftijd nog gecastreerd wordt, wordt meestal gesneden hengst en niet ruin genoemd. [JG 1a, 1b; A 4, 2c; L 20, 2c; L 39, 43; N 8, 20 en 38; S 27; monogr.] I-9
ruiten in het kaartspel ruiten: rŭŭten oas (Wellerlooi) Ruiten: Ruiten aas. [SGV (1914)] III-3-2
rund rind: rēnt (Wellerlooi) Holhoornig, herkauwend zoogdier dat om zijn vlees en melk en ook wel als trekdier gehouden wordt. [L 6, 22; L 42, 12; S 30; S 49; Wi 6; monogr.] I-11
runderhorzel, horzel horzel: horzel (Wellerlooi) horzel [SGV (1914)] III-4-2
rups rups: roeps (Wellerlooi, ... ) rups [SGV (1914)] III-4-2
rusten rusten: röste (Wellerlooi) rusten [SGV (1914)] III-1-2