23391 |
heiligenbeeld |
heiligenbeeld:
heiligebeelde (Q104p Wijk),
statue (fr.):
statue (Q104p Wijk)
|
De beelden in de kerk, de kerkbeelden [beelde, bilde, fiegoere, sjtatoeë, hèlligebeelde, hilliejefijoere?]. [N 96A (1989)] || Een beeld van een heilige, gemaakt van hout, aardewerk, gips e.d. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23656 |
heiligenmedaille |
medaille (<fr.):
medalje (Q104p Wijk)
|
Een rond of ovaalvormig lichtmetalen plaatje waarop Jezus of een heilige is afgebeeld [medalje, medallie, medallieje?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23751 |
heiligenprentje |
heiligenprentje:
heiligeprintsje (Q104p Wijk)
|
Een heiligenprentje, santje, ter opwekking van de devotie. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
19511 |
hengsel |
hengel:
heengel (Q104p Wijk)
|
hengsel van waterketel van koper of ijzeren met hengsel en tuit (hengel, hengsel) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
25151 |
herfstdraden |
lommerd:
de lommert (Q104p Wijk)
|
herfstdraden [zomervamen] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
23258 |
het angelus luiden |
angelus:
angelus (Q104p Wijk, ...
Q104p Wijk)
|
Het angelus luiden aan het begin van de avond [het luidt......?] [de koster luidt......?]. [N 96A (1989)] || Het angelus luiden rond het middaguur [het luidt......?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23742 |
het heilig hartbeeld laten introniseren |
intronisatie (<fr.):
intronisatie (Q104p Wijk)
|
Een beeld van het H.Hart in het huisgezin laten introniseren, d.w.z. plechtig een ereplaats geven, door een parochiegeestelijke, wanneer die op huisbezoek komt. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23609 |
het misboek omdragen |
omdragen:
umdrage vaan `t mèsbook (Q104p Wijk)
|
Het misboek omdragen, van de epistel- naar de evangeliezijde van het altaar brengen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21436 |
het volle bedrag |
de totale prijs:
de totaale pries (Q104p Wijk),
het hele bedrag:
het hiele bedraag (Q104p Wijk)
|
volle bedrag, de gehele som, zonder korting [de hele poet, de volle roefel, de hele paaj?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
19415 |
het vuur doven |
kapot laten gaan:
kapot laoten goon (Q104p Wijk)
|
doven, laten uitgaan, gezegd van vuur in de kachel [N 07 (1961)]
III-2-1
|