e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Wijlre

Overzicht

Gevonden: 2759
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
een kuil graven dabben: dappe (Wijlre) kuil, Een ~ maken (dappen). [N 84 (1981)] III-1-2
een lastig karakter hebbend lastig: Vraag 383 is dubbel (dus 2 x 97 moet nog worden opgesplitst in twee lemmata: "persoon met een lastig karakter"; "een niet gemakkelijk, lastig karakter hebbend  lèstig (Wijlre) een lastig moeilijk karakter hebbend [niepoter, nietprut, kummelij] [N 85 (1981)] III-1-4
een linnen zak met houten bodem om één of meer duiven in te dragen buidel: buul (Wijlre) Hoe heet verder in Uw dialect: een linnen zak met houten bodem om één of meer duiven in te dragen (verouderd)? [N 93 (1983)] III-3-2
een list gebruiken uitlokken: oetlokke (Wijlre) Een list gebruiken bij het kaarten [finten]. [N 88 (1982)] III-3-2
een pak slaag geven houwen: houwe (Wijlre) pak slaag geven (batteren, foeksen, foempen, juinen, kletsen, naaien, peren, rossen, smeren, vegen). [N 84 (1981)] III-1-2
een pen verliezen een pen stoten: pen sjtoête (Wijlre) Hoe zegt men: af en toe een pluim of pen verliezen? [N 93 (1983)] III-3-2
een priktol bovenhands uitwerpen uitlopen: oetloape (Wijlre) Een priktol [tol met een ijzeren punt die geworpen wordt] bovenhands uitwerpen, om er een andere mee te treffen [kampen, kappen, klodderen]. [N 88 (1982)] III-3-2
een riek mest gaffel (mest): gafǝl (Wijlre) Een riek mest is de hoeveelheid mest die men in één keer met de riek kan opnemen. Die hoeveelheid is kleiner naarmate de mest meer verteerd is en daardoor gemakkelijker uiteenvalt. Van de termen die in dit lemma voorkomen, zijn er sommige (ook) van toepassing op een brok of klont mest: een aaneenklevende, weke massa goed verteerde mest. [N M, 12a; JG 1a + 1b + 2c; N 11A, 14; monogr.] I-1
een spel kaarten spelletje: sjpielke (Wijlre) Een spel kaarten [stok, spel, speul]. [N 88 (1982)] III-3-2
een zandbad nemen (zich) mullen: zex mø̜lǝ (Wijlre) Met de vleugels een zandbad nemen in de zonneschijn, gezegd van kippen. [N 19, 61b; A 28, 13a; A 28, 13b; Lu 6, 13a; Lu 6, 13b; monogr.] I-12