17659 |
hand |
hand:
hant (Q201p Wijlre),
hànt (Q201p Wijlre)
|
hand [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
21731 |
handboei |
boei:
boeje (Q201p Wijlre)
|
de boei waarmee handen geboeid worden [paternoster, handboei] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21849 |
handel |
handel:
handel (Q201p Wijlre)
|
het kopen en verkopen, het doen van koopmanszaken [agotie, negotie, commerce, handel] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21496 |
handelen |
handelen:
handele (Q201p Wijlre)
|
loven en bieden, de waren aanprijzen [koopman] en er een prijs voor bieden (koper) [handelen] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
17660 |
handen (spotnamen) |
poten:
poe-ət (Q201p Wijlre),
poot (Q201p Wijlre)
|
hand [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
18906 |
handig |
handig:
hennige (Q201p Wijlre)
|
goed met de handen terecht kunnend; gemakkelijk en snel iets met de handen kunnen maaken [handig, mieg, erg, snel] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
33040 |
handvat van de zicht |
handvat:
hant˲vat (Q201p Wijlre)
|
De steel van de zicht bestaat uit één stuk hout. Het bovenste deel ervan is scherp gebogen. Dit deel dient als handvat waarmee men de zicht hanteert. Zie de algemene toelichting bij paragraaf 4.2 en afbeelding 5. Vergelijk de lemma''s over de handvatten aan de steel van de zeis (3.2.4 - 3.2.7) in aflevering I.3. In de volgende plaatsen werd hetzelfde antwoord gegeven als voor "steel" (zie het lemma ''steel van de zicht'', 4.3.2): K 278, L 164, 288a, 296, 314, 320, 327, 330, 378, 381, 381b, 422, 426, 429, 431, P 175, Q 14, 15, 33, 71, 90, 93, 96, 99, 121, 197, 198b, 201, 207.' [N 18, 70b; JG 1a, 1b; A 14, 9; L 45, 9; monogr.]
I-4
|
32872 |
handvatten |
handvatten:
hant˲vat (Q201p Wijlre)
|
Beide handvatten van de steel van de zeis te zamen genomen. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en de toelichtingen bij de lemma''s ''steel van de zeis'', ''bovenste handvat'' en ''onderste handvat''. De opgaven moeten worden gelezen als meervouden of collectiva. [N 18, 67 b en c add.; JG 2c; A 14, 5; L 45, 5]
I-3
|
19566 |
handveger, stoffer |
handborstel:
hand-buusj-təl (Q201p Wijlre),
kwispel:
kwis-pel (Q201p Wijlre)
|
het voorwerp waarmee vloeren en vloerkleden stofvrij worden gemaakt met stugge haren [DC 15 (1947)] || het voorwerp waarmee vloeren en vloerkleden stofvrij worden gemaakt met zachte haren [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
25056 |
handvol |
handvol:
hamvel (Q201p Wijlre)
|
de hoeveelheid die men in een hand kan nemen [haffel, handvol, grap, grop] [N 91 (1982)]
III-4-4
|