20455 |
buitenechtelijk kind |
bastaard:
bastaard (Q108p Wijnandsrade),
voorkind:
vuurkindj (Q108p Wijnandsrade)
|
een niet uit een wettelijk huwelijk geboren kind, buitenechtelijk kind [bastaard, speelkind, voorloper, voorkind] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
21349 |
bullebak |
bullebak:
bulləbak (Q108p Wijnandsrade)
|
iemand die probeert door nors, ruw optreden anderen bang te maken [woew, bietebouw, bullebak] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
21118 |
bundel groenten |
busseltje:
WLD
bössəlkə (Q108p Wijnandsrade)
|
Een bundel samengebonden groenten zoals asperges, prei, etc. (bussel, bos). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
24604 |
canadapopulier |
canada:
WLD
canada (Q108p Wijnandsrade)
|
De canadese populier; kruising tussen de zwarte populier en amerikaanse soort (canada, kana, klaterboom, canadas, canidas, gauwgroot). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
31403 |
centerboor, schijfboor |
cirkelboor:
serkǝlbǭr (Q108p Wijnandsrade)
|
Boorijzer waarvan de schacht uitloopt in een centreerpunt met daaromheen één of meer voorsnijders of beiteltjes. De centerboor wordt gebruikt om snel en zuiver grote, cirkelvormige gaten te vervaardigen en om schijven uit plaatmateriaal te boren. Zie ook afb. 112. [N 33, 126; N 33, 148; N 33, 145; monogr.]
II-11
|
31315 |
centerpons |
centerpons:
sɛntǝrpǫns (Q108p Wijnandsrade)
|
Stalen stift met kegelvormige punt die dient om een uitholling in plaatmateriaal aan te brengen. De centerpons wordt vooral gebruikt om het middelpunt van een te boren gat aan te tekenen. Zie ook afb. 52. [N 33, 262; monogr.]
II-11
|
18824 |
chagrijn |
chagrijnig:
chagrienich (Q108p Wijnandsrade)
|
een knagend, afgunstig en mismoedig makend verdriet [chagrijn, chagrijnigheid] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20545 |
cichorei |
suikerij:
soekerei (Q108p Wijnandsrade, ...
Q108p Wijnandsrade)
|
cichorei; Hoe noemt U: Surrogaat of smaakverbeterend middel voor koffie gemaakt van de wortel van een bepaalde plant die gemalen en geroosterd wordt (cichorei, cikorei, suikerij, suikeraai, sekraai, bitter, Gemertse koffie) [N 80 (1980)]
I-7, III-2-3
|
24453 |
citroenvlinder |
koolwitje:
± WLD ?
koolwitje (Q108p Wijnandsrade)
|
Hoe noemt u de vlinder waarvan bij het mannetje de vleugels citroengeel zijn en bij het wijfje witachtig groen met een oranje middelpunt (citroentje) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
24406 |
cocon |
pop:
± WLD
pop (Q108p Wijnandsrade, ...
Q108p Wijnandsrade)
|
Hoe noemt u een vlinder in omhulsel [N 83 (1981)] || Hoe noemt u het omhulsel van rupsen als zij zich inpoppen [N 83 (1981)]
III-4-2
|