20407 |
meerderjarig |
mondig:
munjich (Q108p Wijnandsrade)
|
meerderjarig; de leeftijd bereikt hebbend dat men in rechten zelfstandig kan optreden [meerderjarig, mondig] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
24331 |
meikever |
meikever:
± WLD
meikeëvər (Q108p Wijnandsrade)
|
Hoe noemt u de meikever: een soort kever, 24-30mm lang; met dekschild, de poten en sprieten zijn bruinrood, de kop en het borststuk zwart met op de onderzijde een dichte witte beharing; de buiksegmenten zijn zwart met aan elke zijde een opvallende, helwit [N 83 (1981)]
III-4-2
|
20366 |
meisje met wie een jongen verkering heeft |
meidje:
meëdjə (Q108p Wijnandsrade)
|
het meisje met wie men verkering heeft [parmeteit, meid, fem, frul, caprice] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20381 |
meisje met wie men verloofd is |
verloofde:
vərloofdə (Q108p Wijnandsrade)
|
verloofde [vrouwelijk] [fem, frul, caprice] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
18125 |
melaatsheid |
lepra:
lepra (Q108p Wijnandsrade),
melaats:
melaats (Q108p Wijnandsrade)
|
Melaatsheid: lepra, in de huid ontstaan knobbels; de ziekte kan tot afschuwelijke verminkingen leiden (leproosheid, lazerij). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
20970 |
melig |
melig:
WLD
meëlig (Q108p Wijnandsrade),
murg:
WLD
mörg (Q108p Wijnandsrade)
|
Te rijp en daardoor droog en korrelig, gezegd van een vrucht (meelachtig, melen, versleten, melig). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
19930 |
melkzeef |
zift:
zeft (Q108p Wijnandsrade)
|
Voorwerp waarmee men melk zeeft. Het is een soort vergiet met als bodem een doek. De melk wordt uit de melkemmer via deze melkzeef in de melkbus gegoten. Hierdoor blijven grove verontreinigingen achter. Zie afbeelding 11. [A 18, 11a; L 48, 35.Ia; Lu 2, 35.Ia; Gwn 8, 6; JG 1d; monogr.]
I-11
|
33554 |
meloen |
meloen:
WLD
məloen (Q108p Wijnandsrade)
|
Een meloen, de komkommerachtige oranjekleurige of groene, sappige, smakelijke vrucht (meloen, kanteloep). [N 82 (1981)]
I-7
|
19137 |
menen |
menen:
mènə (Q108p Wijnandsrade)
|
van mening zijn [peinzen, menen] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
25101 |
met tussenpozen regenen |
buiig:
bujig (Q108p Wijnandsrade)
|
af en toe regenen [veuren] [N 81 (1980)]
III-4-4
|