21437 |
politieagent |
gast:
`n gast (Q079a Wintershoven),
police (fr.):
`n polis (Q079a Wintershoven)
|
Hoe heet << een politieagent >> ? [ZND 40 (1942)]
III-3-1
|
19482 |
pollepel |
potleper:
poͅtløpər (Q079a Wintershoven),
soepleper:
soͅpløpər (Q079a Wintershoven)
|
lepel, metalen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
18292 |
polsmof |
mouwtje:
maōͅwkəs (Q079a Wintershoven)
|
polsmof, kort gebreid kledingstuk ter verwarming van pols en hand [sjtoek, polsmof, handmufke, armmufke, molleke, moefke] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
33807 |
pommelee, appelschimmel |
pommelee:
`pǫmǝlęi̯ (Q079a Wintershoven)
|
Paard met ronde, glanzende plekken in de vorm van appels in het haarkleed, van binnen wit en van buiten zwart. De afwisseling van zwarte en witte haren vormt een cirkelvormig patroon, vooral op de schouders en het kruis. [JG 1a, 1b; N 8, 63c, 63d en 63e]
I-9
|
21536 |
ponder |
pondel:
WNT: pondel, Van pond met -el, zooals huizel, uisel van ons is afgeleid. Verg. ponder (III) en unster, die met -er zijn gevormd. Weegschaal met ongelijke armen, waardoor men met een klein gewicht, dat aan den langen arm wordt heen en weer geschoven, een grooten last kan wegen, unster.
pēͅijəl (Q079a Wintershoven)
|
Weeginstrument met trekveerwerking. [N 18 (1962)]
III-3-1
|
19957 |
poort |
poort:
puǫ.t (Q079a Wintershoven)
|
Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s]
I-6
|
33796 |
poot |
poot:
pǫu̯t (Q079a Wintershoven
[(mv pou̯tǝ)]
)
|
Tussen haakjes de meervoudsvorm. [JG 1a, 1b]
I-9
|
22806 |
pop |
pop:
poep (Q079a Wintershoven)
|
Een pop. [ZND 40 (1942)]
III-3-2
|
22807 |
portret, foto |
portret (<fr.):
portret (Q079a Wintershoven),
portrʔt (Q079a Wintershoven)
|
Portret. [ZND 40 (1942)]
III-3-2
|
33573 |
postelein |
postelein:
pəslēͅ.n (Q079a Wintershoven)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|