26721 |
turfsteken |
ontginnen van veengrond:
ontginnen van veengrond (P044p Zelem)
|
De algemene benaming voor het winnen van turf voor eigen gebruik. [I, 12; I, 14; N 27, 1]
II-4
|
34204 |
tussenklauwontsteking |
kloofpoot:
klø̄fpuǝt (P044p Zelem)
|
Door het binnendringen van scherpe voorwerpen zoals spijkers, stenen of strohalmen tussen de klauwen van een koe kunnen kleine wondjes ontstaan. Door infectie kan een pijnlijke zwelling ontstaan, waardoor de klauwen van elkaar kunnen worden gewrongen. Tussenklauwontsteking is vaak een naziekte van mond- en klauwzeer. Zie ook het lemma ''tussenklauwontsteking'' in wbd I.3, blz. 482-483. [N 3A, 81; N 52, 10; A 48A, 14]
I-11
|
21618 |
twee centiem |
cent:
ps. omgespeld volgens Frings.
seͅnt (P044p Zelem)
|
koperen munt van 2 centiem [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21626 |
twee frank |
twee frank:
ps. omgespeld volgens Frings.
twiə fraŋ (P044p Zelem)
|
2 franc, een ~ (van zilver) [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21648 |
tweede verkoping |
toewijzing:
ps. omgespeld volgens Frings.
tuwēͅzeŋ (P044p Zelem)
|
de tweede verkoping i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen, waarbij wordt afgemijnd [de toeslag?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
34234 |
tweespeen |
tweespeen:
twiǝspēǝn (P044p Zelem)
|
Koe die slechts uit twee spenen melk geeft. [N 3A, 66]
I-11
|
33998 |
twijg |
karwatsje:
kǝrwatškǝ (P044p Zelem),
wis:
we ̝s (P044p Zelem)
|
Vaak wordt in plaats van een zweep ook een twijg gebruikt om het paard aan te vuren. [JG 1a, 1b; monogr.]
I-10
|
21619 |
twintig frank |
twintig frank:
ps. omgespeld volgens Frings.
twentəxfraŋ (P044p Zelem)
|
20 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)]
III-3-1
|
33597 |
ui, ajuin |
ajuin:
ajøͅn (P044p Zelem),
djuin:
djuin (P044p Zelem),
djøͅn (P044p Zelem),
juin:
juin (P044p Zelem),
juin-jaan:
jø͂ͅjōͅ.nn (P044p Zelem)
|
ajuin [ZND 01 (1922)] || ajuin (sg) [Goossens 1b (1960)], [Goossens 2a (1963)]
I-7
|
33788 |
uier |
uier:
ø̜̄r (P044p Zelem, ...
P044p Zelem,
P044p Zelem)
|
[JG, 1b; A 30, 6e; L 49, 6e; N 8, 39a en 39b]De melkklier van de koe zoals zij zich uitwendig vertoont onder aan de buik. Op de kaart is het woordtype uier niet opgenomen. [JG 1a, 1b; Gwn V, 7; L 8, 24a; L 14, 27a; RND 127; S 38; Wi 51; monogr.] || Uier, alle tepels samen. [N 19, 19b; JG 1a, 1b]
I-11, I-12, I-9
|