33679 |
loodzand |
drijfzand:
drēi̯fsant (K361p Zolder)
|
De loodgrijze zandlaag onder de heizode. [N 27, 17]
I-8
|
21686 |
loon |
loon:
ps. omgespeld volgens Frings.
lun (K361p Zolder)
|
loon, wat men verdient [N 21 (1963)]
III-3-1
|
27697 |
loonkantoor, loonhal |
betaalzaal:
bǝtãlzãl (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Zwartberg])
|
Plaats waar het loon uitbetaald wordt. [N 95, 28; N 95, 977]
II-5
|
21596 |
loop van een geweer |
loop:
də lup van ə gəwɛirə (K361p Zolder)
|
De loop van een geweer [ZND 30 (1939)]
III-3-1
|
20132 |
loops |
lopig:
løpəx (K361p Zolder)
|
loops, geslachtsdriftig ve teef [N 19 (1963)]
III-2-1
|
29089 |
loos knoopsgat |
vals knoopsgat:
vals knups˲goǝt (K361p Zolder)
|
Vals of loos knoopsgat. Zoɛn knoopsgat ziet er uit als een echt knoopsgat, maar is niet ingeknipt. Het wordt precies gemaakt als het echte, maar men moet wat kortere steken maken en niet zo diep in de stof steken.' [N 59, 141]
II-7
|
24678 |
loot, nieuw uitgelopen twijgje |
scheut:
sxøt (K361p Zolder)
|
loot [ZND 01 (1922)]
III-4-3
|
17817 |
lopen |
lopen:
loepe (K361p Zolder),
loepen (K361p Zolder),
lupǝ (K361p Zolder)
|
lopen: Hebt ge Klaas zien lopen ? [ZND 44 (1946)] || Uit de gevraagde toelichting en bij vraag N 8, 82 blijkt dat gaan de betekenis van "stappen", "stapvoets gaan" heeft, lopen die van "snel lopen" of "draven". [JG, 1b; N 8, 81a en 82]
I-9, III-1-2
|
22044 |
lopend snot |
snot:
(o.).
snót (K361p Zolder),
snotbellen:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
de snódbélle (K361p Zolder)
|
Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: besmetting van ademhalingswegen met afscheiding van etter en snot uit bek, neus en ogen (lopend snot)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22135 |
loper (boodschapper) |
loopjong:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
ne loepjòng (K361p Zolder)
|
Vroeger (19e eeuw) werd iedere aankomst door een boodschapper gemeld. Hoe heette die? [N 93 (1983)]
III-3-2
|