27147 |
magazijn |
magazijn bovengrond:
magǝzę̄.n bō.vǝgrǫ.nt (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Zolder]),
magazijn onder:
magǝzę̄.n ǫnǝr (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Laura, Julia])
|
Algemene benaming voor een ondergronds of bovengronds magazijn. Het woordtype "catrîye" is specifiek van toepassing op een ondergronds magazijn. [N 95, 9; Vwo 492; Vwo 222; monogr.]
II-5
|
27248 |
magazijnmeester |
chef magazijn:
šɛf magǝzę̄.n (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Winterslag, Waterschei]),
magazijnier:
magǝzęnīr (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Eisden])
|
Opziener over hetgeen in een magazijn boven- en ondergronds voorhanden is. Het woordtype "chef-catrîye" is specifiek van toepassing op de magazijnmeester van een ondergronds magazijn (Vanwonterghem pag. 90). [N 95, 160; Vwo 231; monogr.]
II-5
|
33830 |
mager paard |
magere kinkel:
māgǝrǝ keŋkǝl (K361p Zolder)
|
[N 8, 62m]
I-9
|
17555 |
mager worden |
afvallen:
In overgewicht afnemen. ich mot -.
aa.fvalle (K361p Zolder),
mager worden:
maa.ger wië.re (K361p Zolder),
uitteren:
Sterk vermageren, gezegd van oude of zieke mensen.
óó.ttee.re (K361p Zolder),
vermageren:
vermageren (K361p Zolder),
Neutraal woord.
vermaa.gere (K361p Zolder)
|
Mager worden: in omvang en gewicht afnemen (afslekkeren, afslanken, krimpen, slinken, vermageren). [N 106 (2001)]
III-1-1
|
32984 |
mais |
maïs:
ma`i̯es (K361p Zolder)
|
Zea mays L. Hoogopschietende graansoort met bloeikolven. Vroeger (in Q 14 wordt gepreciseerd: "vóór 1915") alleen als kippevoer bekend; maar de laatste decennia hoe langer hoe meer geteeld als veevoeder. Maïs wordt tegenwoordig op rijen gezet met een afstand van ongeveer 50 cm. Turkentarwe (naar de vreemde herkomst) was de oude en vrij algemene Zuidnederlandse benaming die door het veel kortere maïs verdrongen werd. Het type korentjestarwe, lett. "korreltjes-tarwe", dial. ''kurkentarwe'', is wel een volksetymologie van turkentarwe; in de veelvuldig voorkomende doubletten verschilt alleen de eerste medeklinker. De Vorsense opgave pǝtruk komt uit het Waalse peûs d''trouc'' (pois de Turc), "erwt uit Turkije". Zie afbeelding 1, g.' [N P, 22; JG 1a, 1b; L lijst graangewassen, 4; monogr.; add. uit N 15, 1b]
I-4
|
33822 |
mak |
zoet:
zyt (K361p Zolder)
|
Gezegd van een zachtaardig, gewillig paard. [JG 1a; N 8, 64i en 64j]
I-9
|
26638 |
malooi |
bak:
bák (K361p Zolder),
meelzak:
[meel]zák (K361p Zolder),
zak:
zák (K361p Zolder)
|
De hoeveelheid graan die men naar de molen brengt en die groot genoeg is om er één of twee keer van te bakken. Zie ook de toelichting bij de lemmata ɛmaalgoedɛ en ɛbakmeelɛ.' [JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2c; monogr.; N D, 33 add.]
II-3
|
20205 |
man |
man:
dōeë lupt no déje man, déjezen dochter zik gewīêst es (K361p Zolder),
ma͂.n (K361p Zolder),
mens:
die mins "s āt (K361p Zolder),
dwou lupt no diën mins, diën zən dochter zik es gewijst (K361p Zolder),
mi.ns (K361p Zolder)
|
Daar loopt nu die man, die zn dochter (of: wiens dochter) ziek is geweest [ZND 44 (1946)] || man [RND], [RND] || Man. Die man is oud. [ZND 05 (1924)]
III-3-1
|
22012 |
man die de behaalde tijden afleest |
aflezer:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
aa.flië.zer (K361p Zolder)
|
de man die de behaalde tijden afleest? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22011 |
man die de uitslag bepaalt |
uitmaker:
óó.tmaa.ker (K361p Zolder),
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
den óó.tmaa.ker (K361p Zolder),
uitteller:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook "klanktabel v.h. Zolders (uitspraak)", aan de achterkant van de laatste pagina!
óó.ttùller (K361p Zolder)
|
(Duivent.) Opmaker (van de uitslagen van duivenwedstrijden). || de man die de uitslag bepaalt? [N 93 (1983)]
III-3-2
|