e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zolder

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitzetten uitzetten: ǭ.t˲zętǝ (Zolder  [(Zolder)]   [Maurits]) In het ondergrondse gedeelte van de mijn de plaats aangeven waar een nieuwe verdieping, steengang, galerij, enz. moet worden aangelegd. [N 95,382; N 95,174; monogr.] II-5
unster balans: ballans (Zolder) Weeginstrument met hefboomwerking. [N 18 (1962)] III-3-1
urine pis: pis (Zolder), water: wao.ter (Zolder), zeik: Ruw.  zee.k (Zolder) urine [N 10c (1995)] III-1-1
urineren pissen: pisse (Zolder), water maken: wao.ter maa.ke (Zolder), zeiken: zee.ke (Zolder) urineren [N 10c (1995)] III-1-1
vaalbonte koe vaal (bijvgl. nmw.): vāl (Zolder) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 131b] I-11
vaandel drapeau (fr.): den drapoo (Zolder), Fr. drapeau.  drappoo (Zolder), vaan: de vaon draa.ge (Zolder), NB vaoïnke: vaantje, (papieren) vlaggetje.  vaon (Zolder), vlag: Jonger syn. voor vaon, drapoo.  vlág (Zolder) 1. Vaandel. || 1. Vlag, vaandel. || de aan de stok gedragen doek met de kleuren of emblemen van een vereniging of gilde [vaandel, vendel, vaan] [N 112 (2006)] || Vaandel, drapeau. III-3-2
vaandeldrager vaandrager: vaondraa.ger (Zolder) Vaan(del)drager. III-3-2
vaars vaars: vēǝ.rs (Zolder), vaarsje: vęi̯rskǝ (Zolder) Jonge koe van ongeveer twee jaar die nog geen kalf heeft gehad of voor de eerste maal kalft. [JG 1a, 1b; A 2, 38; A 4, 11; Gwn V, 6; L 8, 27; L 20, 11; R 3, 37; S 38 en 49; Wi 16; monogr.; add. uit N 3A, 20] I-11
vademen indoen: e.ndyn (Zolder) Een draad door het oog van een naald halen. In dit lemma zijn de objecten draad, garen, draad garen, vaam, vaam garen niet gedocumenteerd. [N 59, 68; N 62, 10; L 8, 29; L B1, 76; MW; monogr.] II-7
vader vader: voader (Zolder) vader; hij aardt naar zijn vader [ZND 19 (1936)] III-2-2