| 21221 |
karweien |
wegenwerken:
wiex wərəkə (Q001p Zonhoven),
wíeg wur[e}ken (Q001p Zonhoven)
|
onbetaalde arbeid verrichten aan openbare wegen [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|
| 31572 |
karwip |
karwip:
[kar]wøp (Q001p Zonhoven),
krik:
krek (Q001p Zonhoven)
|
Werktuig dat door smeden wordt gebruikt om karren op te lichten, bijvoorbeeld wanneer er onderdelen van een wiel zoals een naafbus of wielband vervangen moeten worden. Het bestaat uit een getande stang die door middel van een hefboom omhoog en omlaag kan worden bewogen. Mogelijk kunnen met de termen in dit lemma ook andere soorten heftoestellen worden bedoeld. Zie ook afb. 208. [N 17, 81; N 33, 283; monogr.]
II-11
|
| 27575 |
kassier |
kassier:
kasīr (Q001p Zonhoven
[(Zwartberg)]
[Julia])
|
Ambtenaar die het loon uitbetaalde. Volgens de informant van Q 15 waren drie à vier beambten van de loonadministratie bezig de mijnwerkers in groepen uit te betalen. [N 95, 981]
II-5
|
| 19695 |
kast |
kast:
kas (Q001p Zonhoven, ...
Q001p Zonhoven),
keͅi̯s (Q001p Zonhoven, ...
Q001p Zonhoven)
|
kast [ZND 01 (1922)] || Leg die broden op de kast [ZND 05 (1924)]
III-2-1
|
| 23448 |
kast voor liturgische gewaden |
kast:
kast (Q001p Zonhoven)
|
De kast(en) waarin deze gewaden liggend worden opgeborgen. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 19826 |
kat |
kat:
kat (Q001p Zonhoven)
|
Hoe noemt u een kat (poes, mies, kat, balkhaas, zandhaas, marol) [N 83 (1981)]
III-2-1
|
| 22311 |
katapult |
kattenprul:
Van Fr. catapulte < Lat. catapulta machine om speren en pijlen te werpen; volksetymologische vervorming door associatie met prul.
katteprul (Q001p Zonhoven),
Vgl. pag. I.100: catapult, zie katteprul.
katəprøl (Q001p Zonhoven)
|
*Katteprul: Catapult. || Katapult.
III-3-2
|
| 23345 |
kathedraal |
kathedraal:
en kathedraal (Q001p Zonhoven)
|
Een kathedraal. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 23213 |
katholiek |
kadodder:
kadodders (Q001p Zonhoven),
katholiek (<fr.):
nə katəlīk (Q001p Zonhoven),
nə kḁtōlik (Q001p Zonhoven)
|
Een katholiek: bestaat er een scheldnaam (vooral in verkiezingstijd gebezigd)? [ZND 27 (1938)]
III-3-3
|
| 28768 |
katoen |
katoen:
katuǝn (Q001p Zonhoven),
katǫwǝn (Q001p Zonhoven),
kǝtǫwǝn (Q001p Zonhoven)
|
Uit katoendraden geweven stof. Leverancier van de katoendraad is een kruid-, struik- of boomachtige plant ø̄voor het grootste deel verbouwd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Egypte (macco of mako), Oost-Indië, China, Ethiopië en Ruslandø̄ (Bonthond, s.v. ø̄katoenø̄). [N 62, 85; N 62, 77; N 62, 75c; N 59, 201; MW; L 1a-m; L 27, 73; L 41, 40a; S 17; monogr.]
II-7
|