18604 |
korset |
corselet (<fr.):
Fr. corsulet, en geen compromis tussen keurslijf en korset.
kersleej (Q001p Zonhoven),
gaine (fr.):
Fr. gaine.
gèè.n (Q001p Zonhoven)
|
*korslee: keurslijf, korset || gaine: step-in, elastieken buikkorset
III-1-3
|
20617 |
korst |
korst:
kórt (Q001p Zonhoven),
De kórsjt van ¯t broet ao.fsnij.e: de korst van het brood afsnijden
kórsjt (Q001p Zonhoven),
verzamelfiche, ook materiaal van ZND 01 (a-m vraag 23 a en b zijn samengevoegd.
kors (Q001p Zonhoven)
|
eerste (verse) en laatste (oudbakken) korst van het brood [ZND 02 (1923)] || korst van brood e.d.
III-2-3
|
17797 |
kort geknipt haar |
stoppels:
stoppelen (Q001p Zonhoven)
|
Overal kort geknipt hoofdhaar [tieters, stoppelen] [N 114 (2002)]
III-1-1
|
18013 |
kortademig |
dempig:
deͅmpex (Q001p Zonhoven),
dèmpig (Q001p Zonhoven),
kort:
koͅrt fan uoͅjəm (Q001p Zonhoven)
|
dempig [ZND 01 (1922)] || hij is dempig (kan moeilijk ademen) [ZND 23 (1937)]
III-1-2
|
18287 |
korte broek |
korte broek:
ən koͅrtə brok (Q001p Zonhoven)
|
korte broek (hoe heet ...?) [ZND 22 (1936)]
III-1-3
|
18216 |
korte laars |
get:
get (Q001p Zonhoven),
#NAME?
get (Q001p Zonhoven)
|
Laars, een paar laarzen (laars die alleen het been bedekt tussen enkel en knie) [ZND 37 (1941)]
III-1-3
|
18600 |
korte onderbroek? |
mansonderbroek bet korte pijpen:
mansonnerbroak be korte peipe (Q001p Zonhoven)
|
Korte onderbroek voor mannen. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
21132 |
korter maken |
binnendoor rijden:
binnendoor rijen (Q001p Zonhoven)
|
een af te leggen afstand korter maken door een rechtere weg te nemen (richten) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
26630 |
kortmeel |
kort:
kǫrt (Q001p Zonhoven)
|
Het op één na grofste produkt dat tijdens het builen wordt gescheiden. In volgorde van fijn naar grof is kortmeel grover dan kriel en fijner dan zemelen. Zie ook de toelichting bij de lemmata ɛbloemɛ, ɛboultéɛ, ɛkrielɛ en ɛzemelenɛ.' [JG 1a; JG 1b; Vds 249; Jan 244; Coe 221; Grof 248; N O, 38e]
II-3
|
34520 |
kortwieken |
afsnijden:
ãfsnē̜i̯ǝ (Q001p Zonhoven),
kortvleugelen:
kǫrtfløgǝln (Q001p Zonhoven),
kortwieken:
kǫrtwikǝ (Q001p Zonhoven)
|
Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.]
I-12
|