e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zonhoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rotten, van fruit rotten: WLD  rotten (Zonhoven, ... ) Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)] I-7
roulette roulette: roulette (Zonhoven) Instrument, bestaande uit een al of niet afgeschuind tandwieltje op een asje gemonteerd, waarmee men een sierkarteltje maakt op de zijkant van de hak of de zool. Zie afb. 59. [N 60, 125] II-10
rouw in de rouw: ènne rou (Zonhoven) in de rouw III-2-2
rouw dragen rouw dragen: rouw draogen (Zonhoven) Rouw dragen. [N 96D (1989)] III-3-3
rouwbrief doodsbrief: doets(j)br"oͅeoͅ.e_f (Zonhoven), doets(j)brīē.ëf (Zonhoven), doetsbrief (Zonhoven) De rouwbrief. [N 96D (1989)] || rouwbrief || Rouwbrief. III-2-2, III-3-3
rouwdragen rouwdragen: rou drao.ge (Zonhoven) rouw dragen III-2-2
rouwkleding rouwkleed: roukliet (Zonhoven) rouwjapon III-2-2
rouwkrans bloemenkrans: blommenkrans (Zonhoven) De krans die op de kist wordt gelegd [krants]. [N 96D (1989)] III-3-3
rouwsluier voile: vwal (Zonhoven), vòòël (Zonhoven) sluier (begrafenis) III-2-2
rozenhoedje kransje: krenske (Zonhoven), rozenhoedje: rozenhoedje (Zonhoven) Een Rozenhoedje (waarbij men 1 maal het bidsnoer langs gaat). [N 96B (1989)] III-3-3