e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Zutendaal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nieuwsgierig kijken gapen: goape (Zutendaal) Nieuwsgierig kijken (gapen, curieus kijken, spitsmoelen) [N 109 (2001)] III-1-1
nijdnagel nagelwortel: no:gəlwortəl (Zutendaal) Hoe noemt men een los stukje vel aan de rand van de nagel van van een vinger ? (Nederl. nij(d)nagel, dwangnagel, stroopnagel) [ZND 49 (1958)] III-1-2
nijptang pitstang: petstaŋ (Zutendaal) In dit lemma zijn de benamingen opgenomen voor tangen van diverse vorm en grootte die vooral dienen om spijkers uit trekken, maar vaak ook gebruikt worden om draadnagels of metaaldraad af te knippen. Zie ook afb. 144. Uit het Leuvens materiaal L B2, 228-229 blijkt, dat het woordtype trektang vooral de benaming is voor een vrij grote tang waarmee spijkers kunnen worden uitgetrokken. [N 33, 180; N 64, 47b; L B2, 228-229; monogr.; div.] II-11
nitraat nieterzout: nitǝrzã.t (Zutendaal) Zout van salpeterzuur. Deze stof gebruikt men eveneens ter bedwelming van de bijen. [N 63, 77c; JG 1a+1b; JG 2b-5, 10; monogr.] II-6
noodbed, kermisbed paljas: paljas (Zutendaal) noodbed, kermisbed [ZND 40 (1942)] III-2-1
noten afslaan afslaan: o.fsluën (Zutendaal), knuppelen: kneͅppələ (Zutendaal) noten afslaan [ZND 36 (1941)] III-2-3
ochtend (vanmorgen ochtend: dieze merge (Zutendaal), hejə märgə (Zutendaal) s morgens) [ZND 39 (1942)] III-4-4
oksaal oksaal: e choen oksaol (Zutendaal), ənə sxynən əksōͅl (Zutendaal) Een schoon (d)oksaal (waar het orgel zich bevindt in de kerk). [ZND 39 (1942)] III-3-3
oksel oksel: oksel (Zutendaal) Oksel (oksel, onder de arm). [N 109 (2001)] III-1-1
oliemolen slagmolen: slǭ.x[molen] (Zutendaal) Wind-, water- of rosmolen waarin uit zaden olie wordt geslagen. Het zaad wordt daartoe gekneusd met behulp van de zgn. kollergang bestaande uit twee verticaal geplaatste loperstenen. Het geplette zaad wordt in een pan verhit en vervolgens in wollen zakjes (builen) geborgen, waarna de builen in leren omslagen met een paardeharen voering gelegd worden. Het op deze wijze verpakte warme zaadmeel wordt daarna tweemaal geperst. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømolenŋ het lemma ɛmolenɛ.' [JG 1a; JG 1b; Vds 15; Jan 15; Coe 5; Grof 5; monogr.; N D add.] II-3