18021 |
fluim |
fluim:
fleem (Q005p Zutendaal)
|
fluim [ZND 23 (1937)]
III-1-2
|
18024 |
fluimen uitspuwen |
fluimen uitspijen:
flyme uutspyë (Q005p Zutendaal)
|
Fluimen uitspuwen (tuffen, kwalsteren, klarken, kaatsjen). [N 109 (2001)]
III-1-2
|
28760 |
fluweel, velours |
velours:
flȳr (Q005p Zutendaal)
|
Weefsel met een bovenkant met rechtopstaande garenuiteinden, ontstaan door een bijzondere afwerking. De binding bestaat uit een grondweefsel, in effen of keper, waartussen draden, die over grotere afstanden los liggen. Door deze door te snijden en op te borstelen ontstaat een pluche-achtig haardek: pool. Door zacht ruwen wordt het ø̄pluizenø̄ bevorderd, waarna de pool op een bepaalde lengte wordt afgeschoren (Bonthond s.v. ø̄fluweelø̄. [N 62, 78; N 62, 75f; 59, 201; MW; L 1a-m; L 23, 57a; S 9; monogr.]
II-7
|
18289 |
fluwelen broek |
velours (fr.) broek:
’n flure brook (Q005p Zutendaal)
|
een fluwelen broek [ZND 23 (1937)]
III-1-3
|
33755 |
fokmerrie |
kweekmeer:
kwē.kmē̜.r (Q005p Zutendaal)
|
Een merrie geschikt voor de kweek of die één of meer veulens gehad heeft. Een kweekmeer werkt niet (Q 168), terwijl een veulensmeer ook in de kar loopt (Q 77). In tegenstelling tot een veulensmeer is een kweekmeer gewoonlijk drachtig. Kleinere boeren zorgen ervoor een veulensmeer te hebben, die jaarlijks een veulen werpt, waardoor elk jaar een aanspanner ter beschikking staat. [JG 1a, 1b; N 8, 50b]
I-9
|
34312 |
fokzeug |
kweekzoog:
kwēksū.ǝx (Q005p Zutendaal)
|
Zeug die men houdt om biggen te winnen. [JG 1a, 1b; N M, 22 add.; monogr.]
I-12
|
21559 |
fooi |
fooi:
drinkgeld
foei (Q005p Zutendaal)
|
fooi [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
21556 |
fortuin maken |
zijn scheepjes op het droge brengen:
he zal zen chēēpkes op ⁄t drieg bringen (Q005p Zutendaal)
|
Fortuin. [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|
18784 |
franje |
fronjel:
froansjel (Q005p Zutendaal)
|
Franje. Een randversiering bestaande uit een boordsel met een reeks afhangende draden, meestal in bundels of kwasten bijeen-gehouden [franje, franjel, fraling] [N 114 (2002)]
III-1-3
|
21555 |
frankrijk |
frankrijk:
Ve hebbe en Vrankrek gezēte (Q005p Zutendaal)
|
Wij hebben in Frankrijk gezeten. [ZND 35 (1941)]
III-3-1
|