e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bakkersjas bakjas: bakjas (Jabeek), bakkersjas: bakkersjas (Koersel), bɛkǝrsjas (Blerick, ... ), bɛkǝrsjās (Posterholt), bɛkǝšjas (Geleen), bakkersjasje: bɛkǝrsjɛskǝ (Heugem, ... ), bɛkǝšjɛskǝ (Sittard), bakkerskiel: bɛkǝrskēl (Eijsden, ... ), bɛkǝrškēl (Ulestraten), bɛkǝskīl (Voerendaal), bakkersscholk: bɛkǝrsšǫlk (Rumpen), blauwe jas: blǭwǝ jas (Cadier), blauwe kiel: blawǝ kēl (Rothem), blǭwǝ kƒïl (Stein), blauwe scholk: blǭwǝ šǫlǝk (Oost-Maarland), boezeroen: boezeroen (Tegelen), buis: bø̜js (Amstenrade), clown: klōn (Genk), cotonnade) scholk: katǝnātǝ šolǝk (Helden), jas: jas (Bevingen, ... ), jasje: jɛskǝ (Rekem), kegel: kēgǝl (Bocholt), kiel: kiel (Sint-Truiden), kięl (Gronsveld), kēl (Brunssum, ... ), kīl (Melveren, ... ), kieltje: kēlkǝ (Oud-Caberg), kɛltjǝn (Lommel), rokje: røkskǝ (Mal), scholk: šǫlk (Cadier, ... ), stub: štyb (Kerkrade), stubjas: støpjas (Munsterbilzen), stø̜bjas (Heugem), štø̜bjas (Gronsveld), stubje: štypkǝ (Waubach, ... ), voorschoot: vøsxūwǝt (Kwaadmechelen), werkjas: węrǝkjǭs (Panningen), witte kiel: wetǝ kēl (Rothem) In vraag N 29, 102b wordt gevraagd naar de "jas van blauwe stof". Uit de antwoorden blijkt dat die jas niet altijd blauw is. De respondent uit L 321 geeft als aanvulling dat het bakkersjasje wit is, met een staand kraagje, ronde punten en kort. De respondent uit L 292 heeft het over een witte jas met blauwe strepen. Verder blijkt uit het aantal "kiel"-opgaven dat de bakkersjas ook wel een kielvorm kan hebben. En de typen "scholk", "voorschoot" wijzen op een kledingstuk dat de bakker voor zich vastbindt. [N 29, 102b; N 29, 102a; N 29, 102f; monogr.] II-1