31851 |
bolschaaf |
bolle profielschaaf:
bǫlǝ prǫfilšāf (L421p Dilsen),
bolschaaf:
bolšāf (L330p Herten),
bǭlšāf (Q204a Mechelen),
holschaaf:
hǫlšāf (L299p Reuver),
hǭlsxāf (L271p Venlo),
hǭlšāf (L204a Donk, ...
L387p Posterholt,
L270p Tegelen),
kreus:
krø̄s (L385p Sint Odilienberg),
ronde schaaf:
rōndǝ sxāf (L163p Ottersum)
|
Schaaf met een over de breedte bolvormig gebogen zool, die wordt gebruikt om holle profielen te kunnen bewerken. De bolschaaf vormt met de holschaaf een bijeenhorend paar. Zie ook afb. 45. Bij de naamgeving voor de bol- en holschaaf gaan de respondenten zowel uit van de vorm van de zool van de schaaf als van het resultaat dat de bewerking met de schaaf op het hout heeft: de bolschaaf vormt holle profielen, de holschaaf bolle. [N 53, 71b]
II-12
|