id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
29241 | inrijghaak | intrekhaak: ɛtrękhoǝk (Eupen) | Een haakje in de vorm van een handvat met lange naald die voor rond is omgebogen of in de vorm van een smal lang plaatje met vooraan een schuine insnijding waardoor een haak ontstaat, dienend voor het inrijgen van de weefkam. [N 39, 80c] II-7 |