25724 |
jager |
bierkruik:
biǝrkrǫǝk (Q078p Wellen
[(34a)]
),
eker:
ēkǝr (L387p Posterholt
[(34a b c)]
),
ę̄kǝr (L329p Roermond, ...
Q020p Sittard),
īǝkǝr (Q032p Schinnen),
emmer:
ømǝr (Q099p Meerssen
[(34a)]
),
ęmǝr (P180p Kerkom
[(34a b)]
),
(mv.)
ømǝrǝ (L325p Horn
[(34a)]
),
kan:
kan (L292p Heythuysen, ...
L325p Horn
[(34a en c)]
,
Q020p Sittard),
kán (P120p Alken
[(34a b)]
),
koperen kruik:
kōpǝrǝ krāk (P180p Kerkom
[(34a b)]
),
pan:
pan (Q099p Meerssen
[(34a)]
),
schepemmer:
šøpømǝr (L292p Heythuysen),
šø̜pømǝr (L325p Horn
[(34b)]
),
scheplepel:
sxø̜pliǝpǝl (L289p Weert
[(34a)]
),
sneljager:
snɛljāgǝr (L318p Stramproy),
tob:
top (P120p Alken
[(34a)]
),
tǫp (Q101p Valkenburg
[(34a b c)]
)
|
De (koperen) emmer aan een lange of korte steel, eventueel in de vorm van een groot soort lepel, of de kruik of kan met een schenkrand of schenktuit waarmee men heet water op het moutmeel in de beslagkuip brengt (vraag N 35, 34a), wort naar de wortelketel transporteert (vraag N 35, 34b) en gekookte wort naar de koelbakken of andere installaties voert (vraag N 35, 34c). Achter het plaatsnummer is tussen haakjes opgenomen voor welke vraag/vragen het antwoord van de desbetreffende plaats geldt. In L 325 en P 180 gebruikt men een koperen emmer. Zie ook afb. 6. [N 35, 34a; N 35, 34b; N 35, 34c; monogr.] || Een blokje in de ladebak dat met een leren oog aan het trekwerk is bevestigd en dat dient om de schietspoel door de ketting te drijven. [N 39, 48b]
II-2, II-7
|